Home ->Dictionaries ->Dutch/Spanish ->Search: diefstal

Dutch and Spanish Search Results for: diefstal

Summary

Dutch to Spanish: more detail...

diefstal:
- robo; hurto; substracción
Wiktionary:
- diefstal → robo
- diefstal → robo, hurto

Dutch

Detailed Translations for diefstal from Dutch to Spanish

diefstal:

diefstal [de ~ (m)] nom

de diefstal (ontvreemding)
el robo; el hurto; la substracción
- robo [el ~] nom
- hurto [el ~] nom
- substracción [la ~] nom
de diefstal
el robo
- robo [el ~] nom

Translation Matrix for diefstal:

Noun	Related Translations	Other Translations
hurto	diefstal; ontvreemding
robo	diefstal; ontvreemding	beroving; braak; inbraak; kraak; roof
substracción	diefstal; ontvreemding	aftrekking; het aftrekken; substractie; van elkaar aftrekken

Related Words for "diefstal":

diefstallen

Related Definitions for "diefstal":

het zonder toestemming meenemen van iets dat niet van jou is¹
- de man werd beschuldigd van diefstal¹

Wiktionary Translations for diefstal:

diefstal

noun

het zich onrechtmatig toe-eigenen van goederen of andere bezittingen die aan een ander toebehoren
- diefstal → robo

Cross Translation:

From	To	Via
• diefstal	→ robo	↔ Diebstahl — heimliche Entwendung fremden Eigentums
• diefstal	→ robo	↔ steal — the act of stealing
• diefstal	→ robo; hurto	↔ theft — act of stealing property
• diefstal	→ robo	↔ vol — Action de celui ou de celle qui prend furtivement ou par force le bien d’autrui, pour se l’approprier.

¹Muiswerk Woordenboek