Home ->Dictionaries ->Dutch/Spanish ->Search: zullen

Dutch and Spanish Search Results for: zullen

Summary

Dutch to Spanish: more detail...

zullen:
- haber de; ir a; deber; tener que
Wiktionary:
- zullen → -aré, ponerse, devenir, llegar a ser

Dutch

Detailed Translations for zullen from Dutch to Spanish

zullen:

zullen verbe (zal, zult, zou, zouden)

zullen
haber de; ir a; deber; tener que
- haber de verbe
- ir a verbe
- deber verbe
- tener que verbe

Conjugations for zullen:

o.t.t.

zal
zult
zal
zullen
zullen
zullen

o.v.t.

zou
zou
zou
zouden
zouden
zouden

o.t.t.t.

zal zullen
zult zullen
zal zullen
zullen zullen
zullen zullen
zullen zullen

o.v.t.t.

zou zullen
zou zullen
zou zullen
zouden zullen
zouden zullen
zouden zullen

diversen

zal!

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for zullen:

Noun	Related Translations	Other Translations
deber		moeten; plicht
Verb	Related Translations	Other Translations
deber	zullen	dienen; lenen; moeten; ontlenen; schuldig zijn; verplicht zijn
haber de	zullen	believen; dienen; moeten; verplicht zijn; willen
ir a	zullen	aankomen; bezoeken; iemand opzoeken; langsgaan; langskomen; op visite gaan; voorbijkomen
tener que	zullen	behoeven; believen; benodigen; dienen; hoeven; moeten; nodig hebben; verplicht zijn; willen
-	dienen; moeten

Synonyms for "zullen":

dienen; moeten

Antonyms for "zullen":

mogen

Related Definitions for "zullen":

verplicht zijn¹
- je zult je bord leegeten!¹
geeft aan dat het geen werkelijkheid is¹
- als ik rijk zou zijn ...¹
geeft aan dat het in de toekomst gaat gebeuren¹
- ik zal het je uitleggen¹
geeft een verzoek aan¹
- zou ik uw pen mogen lenen?¹
geeft mogelijkheid of waarschijnlijkheid aan¹
- hij zal wel op tijd zijn¹

Wiktionary Translations for zullen:

Cross Translation:

From	To	Via
• zullen	→ -aré	↔ will — indicating future action
• zullen	→ ponerse; devenir; llegar a ser	↔ werden — zu etwas gemacht werden
• zullen	→ ponerse; devenir; llegar a ser	↔ werden — geschehen

¹Muiswerk Woordenboek