Dutch

Detailed Translations for uitstekend from Dutch to Spanish

uitstekend:

uitstekend adj

  1. uitstekend (volmaakt; uitmuntend; voortreffelijk; perfect; patent)
  2. uitstekend (grandioos; groots; geweldig; )
  3. uitstekend (ongeëvenaard; onovertroffen; ongekend; )
  4. uitstekend (heerlijk; kostelijk; voortreffelijk)
  5. uitstekend (voortreffelijk; subliem; superbe; )
  6. uitstekend (eersterangs; eersteklas; tot de beste klasse behorend; top)

Translation Matrix for uitstekend:

NounRelated TranslationsOther Translations
desconocido onbekende; vreemde; vreemdeling
eminente uitnemendheid; voortreffelijkheid
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
desconocido ongekend; ongeëvenaard; onovertroffen; onvergelijkelijk; onvolprezen; uitstekend; weergaloos apart; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; eigenaardig; excentriek; merkwaardig; onbekend; ongewoon; typisch; vreemd; zonderling
- best
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
fantástico fantastisch; super; supergaaf
ModifierRelated TranslationsOther Translations
a las mil maravillas fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk ideaal; perfect; volmaakt
brillante briljant; excellent; fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; puik; schitterend; subliem; superbe; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk beeldschoon; betoverend; blinkend; briljant; briljante; fenomenaal; fonkelend; geniaal; glansrijk; glanzend; glimmend; glinsterend; glunderend; intelligent; lichtgevend; luisterrijk; lumineus; magnifiek; oogverblindend; pienter; prachtig; pralend; schitterend; schrander; stralend; verblindend; wonderschoon
buenísimo fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk fantastisch; fenomenaal; formidabel; geducht; geweldig; groots; in hoge mate; prachtig; puik
colosal fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk buiten proportie; enorm; fantastisch; formidabel; geducht; geweldig; gigantisch; groots; heel erg; heel groot; immens; in hoge mate; in zeer hoge mate; kolossaal; onmetelijk; prachtig; reusachtig; reuze; weids; zeer groot
de primer orden eersteklas; eersterangs; top; tot de beste klasse behorend; uitstekend bovenaan
de primera eersteklas; eersterangs; fantastisch; geweldig; grandioos; groots; heerlijk; kostelijk; magnifiek; schitterend; top; tot de beste klasse behorend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk hoogwaardig; perfect; prima; van goede kwaliteit
de primera categoría eersteklas; eersterangs; fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; top; tot de beste klasse behorend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
de primera clase eersteklas; eersterangs; top; tot de beste klasse behorend; uitstekend eerste klasse; goudgerande
eminente eersteklas; eersterangs; top; tot de beste klasse behorend; uitstekend befaamd; dominant; eersteklas; geacht; gezaghebbend; hooggeplaatst; hooggezeten; klasse; maatgevend; prominent; toonaangevend; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam
en lo alto eersteklas; eersterangs; top; tot de beste klasse behorend; uitstekend bovenaan; bovengemeld; bovengenoemd; bovenstaand; bovenvermeld; voorgemeld; voornoemd
espléndido fantastisch; geweldig; grandioos; groots; heerlijk; kostelijk; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk aanlokkelijk; aantrekkelijk; aanzienlijk; aimabel; attractief; beeldschoon; bekoorlijk; betoverend; bevallig; charmant; clement; fraai; gaaf; genereus; geweldig; glansrijk; glorierijk; goddelijk; goed ogend; goedgeefs; goedhartig; gul; heerlijk; hemels; knap; luisterrijk; lustrijk; magnifiek; mak; mieters; mild; mooi; oogverblindend; paradijselijk; prachtig; riant; royaal; ruimhartig; scheutig; schitterend; tof; verblindend; verrukkelijk; vorstelijk; vrijgevig; welgevallig; welwillend; wonderschoon; zacht; zachtaardig; zalig
estupendo fantastisch; geweldig; grandioos; groots; heerlijk; kostelijk; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk fabelachtig; fantastisch; fenomenaal; formidabel; gaaf; geweldig; groots; heerlijk; jofel; kiplekker; krankzinnig; mieters; onaangetast; opperbest; prachtig; prima; puik; puntgaaf; reuze; schitterend; te gek; tof; verrukkelijk; waanzinnig; wijs; zalig
excelente briljant; eersteklas; eersterangs; excellent; fantastisch; geweldig; grandioos; groots; heerlijk; kostelijk; magnifiek; puik; schitterend; subliem; superbe; top; tot de beste klasse behorend; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk aanlokkelijk; aanzienlijk; best; betoverend; eersteklas; fantastisch; fenomenaal; formidabel; geducht; geweldig; goddelijk; groots; heerlijk; hemels; in hoge mate; kiplekker; klasse; lekker; luisterrijk; magnifiek; mieters; opperbest; paradijselijk; prachtig; prima; puik; royaal; schitterend; smakelijk; te goed; uitstek; verlokkend; verrukkelijk; vorstelijk; zalig
fabulosamente fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk fabelachtig; fabuleus; fantastisch; fenomenaal; geweldig; groots; legendarisch; puik
fabuloso fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk betoverend; droomachtig; fabelachtig; fabuleus; fantastisch; feeëriek; fenomenaal; formidabel; gaaf; geweldig; groots; idyllisch; legendarisch; luisterrijk; magnifiek; mieters; prachtig; puik; schitterend; sprookjesachtig; tof; toverachtig
fantástico fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk betoverend; droomachtig; fabelachtig; fantastisch; feeëriek; fenomenaal; formidabel; gaaf; geweldig; groots; grootschalig; idyllisch; krankzinnig; legendarisch; luisterrijk; magnifiek; mieters; prachtig; puik; reuze; reuzeleuk; schitterend; sprookjesachtig; te gek; tof; toverachtig; waanzinnig; wijs
fenomenal fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk briljant; fabelachtig; fantastisch; fenomenaal; formidabel; gaaf; geniaal; geweldig; groots; grootschalig; krankzinnig; lumineus; mieters; prachtig; puik; reuze; schitterend; te gek; tof; waanzinnig; wijs
genial briljant; excellent; puik; subliem; superbe; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk briljant; briljante; fenomenaal; geniaal; lumineus; vernuftig
gigantesco fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk enorm; gigantisch; heel erg; heel groot; immens; in zeer hoge mate; kolossaal; onmetelijk; reusachtig; reuze
grande fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; breed; edelmoedig; enorm; fier; flink; fors; genereus; gigantisch; glorieus; groot; groots; grootschalig; gul; heel erg; immens; imponerend; imposant; in zeer hoge mate; indrukwekkend; kolossaal; massief; mild; ontzagwekkend; potig; prat; reusachtig; reuze; robuust; royaal; ruimhartig; struis; trots; uit de kluiten gewassen; vrijgevig; weids; zeer groot; zwaar; zwaargebouwd
grandioso fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk betoverend; edelmoedig; fabelachtig; fantastisch; fenomenaal; fier; flink; gaaf; genereus; geweldig; glorieus; groots; gul; imponerend; imposant; indrukwekkend; krankzinnig; legendarisch; luisterrijk; magnifiek; mild; ontzagwekkend; prachtig; prat; puik; reuze; riant; royaal; ruimhartig; schitterend; te gek; trots; vrijgevig; waanzinnig; weids; wijs
imponente fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; deftig; edelmoedig; enorm; fier; flink; fors; gedenkwaardig; genereus; groots; gul; heugelijk; imponerend; imposant; indrukwekkend; majestueus; memorabel; mild; nobel; ontzaggelijk; ontzagwekkend; overdonderend; overweldigend; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; royaal; ruimhartig; statig; trots; vorstelijk; vrijgevig
incomparable ongekend; ongeëvenaard; onovertroffen; onvergelijkelijk; onvolprezen; uitstekend; weergaloos
indignante ongekend; ongeëvenaard; onovertroffen; onvergelijkelijk; onvolprezen; uitstekend; weergaloos godgeklaagd; hemeltergend; schandalig; schandelijk; ten hemel schreiend; verfoeilijk; zeer ergerlijk; zondig
inigualable ongekend; ongeëvenaard; onovertroffen; onvergelijkelijk; onvolprezen; uitstekend; weergaloos
inigualado ongekend; ongeëvenaard; onovertroffen; onvergelijkelijk; onvolprezen; uitstekend; weergaloos
inmejorable heerlijk; kostelijk; uitstekend; voortreffelijk
macanudo fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk best
magnífico briljant; excellent; fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; puik; schitterend; subliem; superbe; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk aanlokkelijk; beeldschoon; betoverend; edelmoedig; fier; flink; gaaf; genereus; glansrijk; glorieus; goddelijk; groots; gul; heerlijk; hemels; imponerend; imposant; indrukwekkend; lekker; luisterrijk; magnifiek; mieters; mild; ontzagwekkend; oogverblindend; paradijselijk; prachtig; prat; riant; royaal; ruimhartig; schitterend; smakelijk; tof; trots; verblindend; verlokkend; verrukkelijk; vrijgevig; weids; wonderschoon; zalig
maravilloso fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk dreigend; droomachtig; eng; fabelachtig; fantastisch; feeëriek; fenomenaal; gaaf; geweldig; groots; heerlijk; idyllisch; krankzinnig; mieters; puik; reuze; schitterend; sprookjesachtig; te gek; tof; toverachtig; verrukkelijk; waanzinnig; wijs; zalig
no igualado ongekend; ongeëvenaard; onovertroffen; onvergelijkelijk; onvolprezen; uitstekend; weergaloos
perfecto patent; perfect; uitmuntend; uitstekend; volmaakt; voortreffelijk af; afgedaan; afgelopen; feilloos; foutloos; gaaf; gelikt; gereed; geëindigd; heel; hoogwaardig; ideaal; intact; klaar; maagdelijk; mieters; onaangeraakt; onaangetast; ongerept; over; perfect; perfekt; picobello; piekfijn; prima; puntgaaf; puur; schitterend; tiptop; tof; uit; van goede kwaliteit; virginaal; volmaakt; voltooid; voorbij; zuiver
preeminente fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
resplandeciente fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk beeldschoon; blinkend; duidelijk; fonkelend; glanzend; glimmend; glinsterend; oogverblindend; overzichtelijk; riant; schitterend; stralend; verblindend; verhelderend; wonderschoon
sin igual ongekend; ongeëvenaard; onovertroffen; onvergelijkelijk; onvolprezen; uitstekend; weergaloos
sin par ongekend; ongeëvenaard; onovertroffen; onvergelijkelijk; onvolprezen; uitstekend; weergaloos

Related Words for "uitstekend":


Synonyms for "uitstekend":


Related Definitions for "uitstekend":

  1. zeer goed1
    • je hebt dat uitstekend gedaan1

Wiktionary Translations for uitstekend:

uitstekend
adjective
  1. uitmuntend

Cross Translation:
FromToVia
uitstekend excelente capital — excellent
uitstekend excelente excellent — of the highest quality
uitstekend primo; primoroso; excelente prime — first in excellence, quality, or value
uitstekend notable remarquable — Qui mériter d’être remarqué ; qui attirer l’attention.
uitstekend afilado; agudo saillant — Qui avancer, qui sortir en dehors.
uitstekend eminente; excelente éminent — soutenu|fr Qui s’élever au-dessus du niveau général, parler d’un terrain.

uitstekend form of uitsteken:

Conjugations for uitsteken:

o.t.t.
  1. steek uit
  2. steekt uit
  3. steekt uit
  4. steken uit
  5. steken uit
  6. steken uit
o.v.t.
  1. stak uit
  2. stak uit
  3. stak uit
  4. staken uit
  5. staken uit
  6. staken uit
v.t.t.
  1. heb uitgestoken
  2. hebt uitgestoken
  3. heeft uitgestoken
  4. hebben uitgestoken
  5. hebben uitgestoken
  6. hebben uitgestoken
v.v.t.
  1. had uitgestoken
  2. had uitgestoken
  3. had uitgestoken
  4. hadden uitgestoken
  5. hadden uitgestoken
  6. hadden uitgestoken
o.t.t.t.
  1. zal uitsteken
  2. zult uitsteken
  3. zal uitsteken
  4. zullen uitsteken
  5. zullen uitsteken
  6. zullen uitsteken
o.v.t.t.
  1. zou uitsteken
  2. zou uitsteken
  3. zou uitsteken
  4. zouden uitsteken
  5. zouden uitsteken
  6. zouden uitsteken
en verder
  1. ben uitgestoken
  2. bent uitgestoken
  3. is uitgestoken
  4. zijn uitgestoken
  5. zijn uitgestoken
  6. zijn uitgestoken
diversen
  1. steek uit!
  2. steekt uit!
  3. uitgestoken
  4. uitstekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

uitsteken adj

  1. uitsteken (eruitspringend; opvallend)

uitsteken [znw.] nom

  1. uitsteken
    el sobresalir

Translation Matrix for uitsteken:

NounRelated TranslationsOther Translations
brillar blinken
saltar a la vista opvallen
sobresalir uitsteken voorbijstreven
VerbRelated TranslationsOther Translations
brillar afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken blaken; blinken; flikkeren; flonkeren; fonkelen; geuren; glanzen; glimmen; glinsteren; glitteren; klingelen; licht geven; licht schijnen; licht uitzenden; pralen; pronken; rinkelen; schijnen; schitteren; sprankelen; stralen; te kijk lopen met; tingelen; tinkelen; twinkelen
descollar afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken
destacarse afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken aanschouwen; bekijken; decoreren; een ereteken geven; een onderscheidingsteken geven; gewaarworden; kijken; naar de vijand overlopen; onderscheiden; ontwaren; opmerken; ridderen; staren; te zien krijgen; turen; van elkaar onderscheiden; zien
distinguirse excelleren; onderscheiden; overtreffen; schitteren; uitblinken; uitblinken boven; uitmunten; uitsteken aanschouwen; bekijken; een ereteken geven; gewaarworden; kijken; onderscheiden; ontwaren; opmerken; staren; te zien krijgen; turen; uit elkaar houden; uiteenhouden; van elkaar onderscheiden; zien
exhibir afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken aanbieden; blootleggen; etaleren; exposeren; geuren; laten zien; offreren; onthullen; ontmaskeren; pralen; presenteren; pronken; te kijk lopen met; tentoonspreiden; tentoonstellen; tonen; uitstallen; vertonen; voor ogen brengen; voorleggen
exponer afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken belichten; beschikbaar maken; beschrijven; blootleggen; etaleren; exposeren; geuren; insturen; inzenden; laten zien; mededelen; met licht beschijnen; onthullen; ontmaskeren; ontvouwen; openbreken; openleggen; posten; pralen; presenteren; pronken; te kijk lopen met; tentoonspreiden; tentoonstellen; tonen; uiteenzetten; uitleggen; uitstallen; verduidelijken; verhalen; vertellen; vertonen; voor ogen brengen; zeggen
extender afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken distribueren; expanderen; gunnen; iets toekennen; openen; ronddelen; spreiden; talrijker maken; toebedelen; toekennen; toewijzen; uitbouwen; uitbreiden; uitdijen; uitreiken; uitsmeren; verbreiden; verdelen; vergroten; vermeerderen; verruimen; verwijden
hacerse interesante afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken aandacht trekken; geuren; pralen; pronken; te kijk lopen met
llamar la atención afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken bemerken; opmerken
ostentar afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken exposeren; geuren; pralen; pronken; te kijk lopen met; tentoonspreiden; tentoonstellen; tonen; uitstallen; vertonen
resaltar afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken markeren; vooruitspringen; vooruitsteken
saltar afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken barsten; een knippend geluid maken; een sprongetje maken; induiken; kletteren; losspringen; openspringen; opspringen; overheen springen; overspringen; rammelen; springen
saltar a la vista afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken
sobrepasar afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken aftroeven; overbieden; overstijgen; overtreffen; overtroeven; overvleugelen; voorbijstreven
sobresalir excelleren; onderscheiden; overtreffen; schitteren; uitblinken; uitblinken boven; uitmunten; uitsteken overvleugelen; vooruitspringen; vooruitsteken
sorprender afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken afluisteren; betrappen; frapperen; iemand overvallen met iets; iets onverwachts doen; overrompelen; overvallen; snappen; verrassen
ModifierRelated TranslationsOther Translations
destacando eruitspringend; opvallend; uitsteken

Related Definitions for "uitsteken":

  1. er bovenuit komen1
    • de kerk steekt boven alle gebouwen uit1
  2. het naar buiten steken1
    • steek even je tong uit voor de dokter1

Wiktionary Translations for uitsteken:


Cross Translation:
FromToVia
uitsteken sobresalir; protruir protrude — to extend from
uitsteken extender; estirar; desenvolver; tender étendre — Traductions à trier suivant le sens

External Machine Translations: