Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- acclimatiseren:
-
Wiktionary:
- acclimatiseren → aclimatar
- acclimatiseren → aclimatarse, aclimatar
Dutch
Detailed Translations for acclimatiseren from Dutch to Spanish
acclimatiseren:
-
acclimatiseren
la aclimatación
acclimatiseren verbe (acclimatiseer, acclimatiseert, acclimatiseerde, acclimatiseerden, geacclimatiseerd)
-
acclimatiseren (wennen)
acostumbrarse a; acostumbrar; aclimatarse; adaptarse-
acostumbrarse a verbe
-
acostumbrar verbe
-
aclimatarse verbe
-
adaptarse verbe
-
Conjugations for acclimatiseren:
o.t.t.
- acclimatiseer
- acclimatiseert
- acclimatiseert
- acclimatiseren
- acclimatiseren
- acclimatiseren
o.v.t.
- acclimatiseerde
- acclimatiseerde
- acclimatiseerde
- acclimatiseerden
- acclimatiseerden
- acclimatiseerden
v.t.t.
- ben geacclimatiseerd
- bent geacclimatiseerd
- is geacclimatiseerd
- zijn geacclimatiseerd
- zijn geacclimatiseerd
- zijn geacclimatiseerd
v.v.t.
- was geacclimatiseerd
- was geacclimatiseerd
- was geacclimatiseerd
- waren geacclimatiseerd
- waren geacclimatiseerd
- waren geacclimatiseerd
o.t.t.t.
- zal acclimatiseren
- zult acclimatiseren
- zal acclimatiseren
- zullen acclimatiseren
- zullen acclimatiseren
- zullen acclimatiseren
o.v.t.t.
- zou acclimatiseren
- zou acclimatiseren
- zou acclimatiseren
- zouden acclimatiseren
- zouden acclimatiseren
- zouden acclimatiseren
diversen
- acclimatiseer!
- acclimatiseert!
- geacclimatiseerd
- acclimatiserende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for acclimatiseren:
Noun | Related Translations | Other Translations |
aclimatación | acclimatiseren | acclimatisatie; gewenning; inburgering |
Verb | Related Translations | Other Translations |
aclimatarse | acclimatiseren; wennen | aanpassen; aanwennen; aarden; eigenmaken; gewend raken; gewendraken; inburgeren; leren; wennen |
acostumbrar | acclimatiseren; wennen | aanpassen; aanwennen; aarden; een gewoonte worden; eigenmaken; erin passen; gewend raken; gewendraken; gewennen; inpassen; leren; wennen |
acostumbrarse a | acclimatiseren; wennen | aanpassen; aanwennen; aarden; eigenmaken; erin passen; gewend raken; gewendraken; gewennen; inpassen; leren; wennen |
adaptarse | acclimatiseren; wennen | aanpassen; aanwennen; aarden; eigenmaken; erin passen; gewend raken; gewendraken; gewennen; inpassen; leren; omschakelen; overschakelen; verbasteren; vervormen; wennen; zich aanpassen; zich schikken; zich voegen; zich voegen naar |
Wiktionary Translations for acclimatiseren:
acclimatiseren
Cross Translation:
verb
-
aan een andere omgeving wennen
- acclimatiseren → aclimatar
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• acclimatiseren | → aclimatarse | ↔ acclimatize — to get used to a new climate |
• acclimatiseren | → aclimatarse | ↔ acclimatize — to make used to a new climate |
• acclimatiseren | → aclimatar | ↔ acclimater — habituer à un climat autre que celui du pays natal. |
External Machine Translations: