Dutch
Detailed Translations for fileren from Dutch to Spanish
fileren:
-
fileren
filetear; descubrir; escamotear; mantener la nota-
filetear verbe
-
descubrir verbe
-
escamotear verbe
-
mantener la nota verbe
-
Conjugations for fileren:
o.t.t.
- fileer
- fileert
- fileert
- fileren
- fileren
- fileren
o.v.t.
- fileerde
- fileerde
- fileerde
- fileerden
- fileerden
- fileerden
v.t.t.
- heb gefileerd
- hebt gefileerd
- heeft gefileerd
- hebben gefileerd
- hebben gefileerd
- hebben gefileerd
v.v.t.
- had gefileerd
- had gefileerd
- had gefileerd
- hadden gefileerd
- hadden gefileerd
- hadden gefileerd
o.t.t.t.
- zal fileren
- zult fileren
- zal fileren
- zullen fileren
- zullen fileren
- zullen fileren
o.v.t.t.
- zou fileren
- zou fileren
- zou fileren
- zouden fileren
- zouden fileren
- zouden fileren
en verder
- is gefileerd
- zijn gefileerd
diversen
- fileer!
- fileert!
- gefileerd
- filerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for fileren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
descubrir | fileren | achter komen; achterhalen; bemerken; bloot leggen; blootleggen; bouwklaar maken; doorvorsen; naspeuring doen; ontbloten; ontginnen; onthullen; ontmaskeren; ontpoppen; openen; openstellen; opmerken; rechercheren; reveleren; snuffelen; speuren; te weten komen; toegankelijk maken; uitvinden; vrijgeven |
escamotear | fileren | afbedelen; onteigenen |
filetear | fileren | |
mantener la nota | fileren |