Dutch
Detailed Translations for geitenbreier from Dutch to Spanish
geitenbreier:
-
de geitenbreier (zeurkous; zeikerd; zemel; zeurpiet; zeur)
-
de geitenbreier (nietsnut; lanterfanter; slampamper; lamzak; lammeling; leegloper; slapkous; lapzwans; lijntrekker)
Translation Matrix for geitenbreier:
Noun | Related Translations | Other Translations |
inútil | geitenbreier; lammeling; lamzak; lanterfanter; lapzwans; leegloper; lijntrekker; nietsnut; slampamper; slapkous | niksnut |
letoso | geitenbreier; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet | |
palisa | geitenbreier; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet | |
pelmazo | geitenbreier; zeikerd; zemel; zeur; zeurkous; zeurpiet | |
trasto | geitenbreier; lammeling; lamzak; lanterfanter; lapzwans; leegloper; lijntrekker; nietsnut; slampamper; slapkous | boef; fielt; niksnut; onding; schobbejak; schurk |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
inútil | doelloos; ijdel; krukkig; nutteloos; onbeholpen; onbruikbaar; onhandig; onnut; overtollig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelend; sukkelig; tevergeefs; vergeefs; vruchteloos; waardeloos; zinledig; zinloos; zonder nut; zonder resultaat |