Dutch
Detailed Translations for geld afpassen from Dutch to Spanish
geld afpassen:
-
geld afpassen (passen; aftellen)
contar; numerar; pagar con cambio; pagar en suelto; pagar la cantidad exacta-
contar verbe
-
numerar verbe
-
pagar con cambio verbe
-
pagar en suelto verbe
-
pagar la cantidad exacta verbe
-
Translation Matrix for geld afpassen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
contar | aftellen; geld afpassen; passen | babbelen; begroten; berekenen; beschrijven; erbij optellen; erbij rekenen; erbij tellen; kakelen; klappen; kletsen; kwebbelen; kwekken; kwetteren; mededelen; meeberekenen; meerekenen; meetellen; praten; rekenen; snateren; spreken; tellen; toevoegen; uiteenzetten; verhaal vertellen; verhalen; vertellen; wauwelen; zeggen; zwammen |
numerar | aftellen; geld afpassen; passen | nummeren |
pagar con cambio | aftellen; geld afpassen; passen | afpassen |
pagar en suelto | aftellen; geld afpassen; passen | afpassen |
pagar la cantidad exacta | aftellen; geld afpassen; passen | afpassen |