Summary


Dutch

Detailed Translations for indringen from Dutch to Spanish

indringen:

indringen verbe (dring in, dringt in, drong in, drongen in, ingedrongen)

  1. indringen (infiltreren; binnendringen)
  2. indringen (binnendringen; penetreren)

Conjugations for indringen:

o.t.t.
  1. dring in
  2. dringt in
  3. dringt in
  4. dringen in
  5. dringen in
  6. dringen in
o.v.t.
  1. drong in
  2. drong in
  3. drong in
  4. drongen in
  5. drongen in
  6. drongen in
v.t.t.
  1. ben ingedrongen
  2. bent ingedrongen
  3. is ingedrongen
  4. zijn ingedrongen
  5. zijn ingedrongen
  6. zijn ingedrongen
v.v.t.
  1. was ingedrongen
  2. was ingedrongen
  3. was ingedrongen
  4. waren ingedrongen
  5. waren ingedrongen
  6. waren ingedrongen
o.t.t.t.
  1. zal indringen
  2. zult indringen
  3. zal indringen
  4. zullen indringen
  5. zullen indringen
  6. zullen indringen
o.v.t.t.
  1. zou indringen
  2. zou indringen
  3. zou indringen
  4. zouden indringen
  5. zouden indringen
  6. zouden indringen
en verder
  1. is ingedrongen
diversen
  1. dring in!
  2. dringt in!
  3. ingedrongen
  4. indringend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for indringen:

NounRelated TranslationsOther Translations
invadir binnenvallen; invallen
VerbRelated TranslationsOther Translations
adentrar binnendringen; indringen; infiltreren detineren; doordringen; gevangenhouden; in hechtenis houden; penetreren; vasthouden
chusmear binnendringen; indringen; penetreren
entrar en binnendringen; indringen; infiltreren aankomen; aanvangen; arriveren; beginnen; betreden; binnendringen; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenmarcheren; binnenrijden; binnenstappen; binnenstromen; binnentreden; binnentrekken; binnenvallen; doordringen; haven binnenvaren; ingaan; inpassen; inrijden; instromen; invallen; massaal opkomen; onverwachts langskomen; passen in; penetreren; starten; toestromen; van start gaan
infiltrarse binnendringen; indringen; infiltreren
intrusiar binnendringen; indringen; infiltreren; penetreren binnen gaan; penetreren
invadir binnendringen; indringen; infiltreren bekruipen; bevangen; binnendringen; binnenmarcheren; binnentrekken; binnenvallen; haven binnenvaren; het gevoel krijgen; invallen; onverwachts langskomen
penetrar binnendringen; indringen; penetreren bereiken; binnen gaan; doordringen; penetreren; penetreren in
penetrar en binnendringen; indringen; infiltreren binnendringen; binnenmarcheren; binnentrekken; binnenvallen; haven binnenvaren; invallen