Summary


Dutch

Detailed Translations for koper from Dutch to Spanish

koper:

koper [de ~ (m)] nom

  1. de koper (cliënt; klant; afnemer)
    el cliente; el comprador; la parroquiana; el parroquiano
  2. de koper (roodkoper)
    el cobre puro; el cobre rojo
  3. de koper (aankoper)
    el comprador; la compradora
  4. de koper (opkoper; opkoopster; koopster)
    el comprador; la compradora; el prendero; el chamarilero

koper [de ~ (m)] nom

  1. de koper

Translation Matrix for koper:

NounRelated TranslationsOther Translations
chamarilero koopster; koper; opkoopster; opkoper
cliente afnemer; cliënt; klant; koper klanten; opdrachtgevers
cobre puro koper; roodkoper
cobre rojo koper; roodkoper
comprador aankoper; afnemer; cliënt; klant; koopster; koper; opkoopster; opkoper besteller; inkoper; orderplaatser
compradora aankoper; koopster; koper; opkoopster; opkoper
parroquiana afnemer; cliënt; klant; koper
parroquiano afnemer; cliënt; klant; koper gemeentelid; parochiaan
prendero koopster; koper; opkoopster; opkoper
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
cliente client; clientcomputer; klant
cobre koper

Related Words for "koper":


Wiktionary Translations for koper:


Cross Translation:
FromToVia
koper comprador; cliente buyer — person who makes purchases
koper cobre copper — chemical element
koper cobre Kupferohne Plural: rotes, leicht formbares Metall, das sich gut als Stromleiter eignet
koper cliente; comprador acheteur — Celui, celle qui acheter.
koper adquirente; cliente; comprador acquéreur — Celui qui acquérir. Se dit surtout de celui qui acquiert des biens immobiliers.
koper cobre cuivre — Élément chimique.

koperen:

koperen adj

  1. koperen

Translation Matrix for koperen:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
cobrizo koperen koperachtig; koperhoudend; koperkleurig
de cobre koperen

Related Words for "koperen":


Wiktionary Translations for koperen:


Cross Translation:
FromToVia
koperen cobrizo copper — made of copper

Related Translations for koper