Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. sjaaltje:
  2. sjaal:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for sjaaltje from Dutch to Spanish

sjaaltje:

sjaaltje [het ~] nom

  1. het sjaaltje
    el pequeño chal

Translation Matrix for sjaaltje:

NounRelated TranslationsOther Translations
pequeño chal sjaaltje

Related Words for "sjaaltje":


sjaaltje form of sjaal:

sjaal [de ~ (m)] nom

  1. de sjaal (halsdoek; shawl; das)
    la bufanda; el pañuelo; el chal
  2. de sjaal (omslagdoek; shawl)
    la toquilla; el chal

Translation Matrix for sjaal:

NounRelated TranslationsOther Translations
bufanda das; halsdoek; shawl; sjaal bandana; das; haardoek; halsdoek; hoofddoek; stropdas
chal das; halsdoek; omslagdoek; shawl; sjaal bandana; das; haardoek; halsdoek; hoofddoek; stropdas
pañuelo das; halsdoek; shawl; sjaal bandana; halsdoek; zakdoek
toquilla omslagdoek; shawl; sjaal haardoek; hoofddoek

Related Words for "sjaal":


Related Definitions for "sjaal":

  1. reep stof die je om je nek draagt1
    • doe een sjaal om, het is koud buiten!1

Wiktionary Translations for sjaal:


Cross Translation:
FromToVia
sjaal velo headscarf — piece of material worn over the head
sjaal bufanda Schal — langes, schmales Tuch, das man sich um den Hals legt
sjaal chal; mantón châlevêtement féminin consistant en un carré de tissu qu'on mettre sur son dos et ses épaules pour se tenir au chaud.