Summary
Dutch
Detailed Translations for tederheid from Dutch to Spanish
tederheid:
-
de tederheid (zachtheid; liefkozing; gevoeligheid; innigheid; hartelijkheid)
Translation Matrix for tederheid:
Related Words for "tederheid":
tederheid form of teder:
Translation Matrix for teder:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
delicado | breekbaar; broos; delicaat; fijn; fijngevoelig; fragiel; frèle; iel; kwetsbaar; teder; teer; tenger; zwak | angstig voor pijn; benard; benauwd; delicaat; dun; elegant; ernstig; fijn; fijn van smaak; fijnbesnaard; fijngebouwd; fijngevoelig; fijntjes; fijnzinnig; gammel; gracieus; hachelijk; kleinzerig; krakkemikkig; kritiek; kwetsbaar; lastig; lastige; lichtgebouwd; netelig; onprettig; penibel; precair; rank; sierlijk; slank; slap; subtiel; teer; teerbesnaard; teergevoelig; tenger; verfijnd; wankel; zorgelijk; zorgwekkend; zwak |
frágil | breekbaar; broos; delicaat; fijn; fijngevoelig; fragiel; frèle; iel; kwetsbaar; teder; teer; tenger; zwak | bleekjes; breekbaar; broos; bros; dun; fijn; fijngebouwd; fragiel; gammel; geen vet op de botten hebbende; iel; krakkemikkig; kwetsbaar; lichtgebouwd; mager; pips; rank; schraal; schriel; slank; slap; slapjes; teer; tenger; wankel; wee; wrak; ziekelijk; zwak |