Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. vervullen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vervul from Dutch to Spanish

vervullen:

vervullen verbe (vervul, vervult, vervulde, vervulden, vervuld)

  1. vervullen (functie bekleden)

Conjugations for vervullen:

o.t.t.
  1. vervul
  2. vervult
  3. vervult
  4. vervullen
  5. vervullen
  6. vervullen
o.v.t.
  1. vervulde
  2. vervulde
  3. vervulde
  4. vervulden
  5. vervulden
  6. vervulden
v.t.t.
  1. heb vervuld
  2. hebt vervuld
  3. heeft vervuld
  4. hebben vervuld
  5. hebben vervuld
  6. hebben vervuld
v.v.t.
  1. had vervuld
  2. had vervuld
  3. had vervuld
  4. hadden vervuld
  5. hadden vervuld
  6. hadden vervuld
o.t.t.t.
  1. zal vervullen
  2. zult vervullen
  3. zal vervullen
  4. zullen vervullen
  5. zullen vervullen
  6. zullen vervullen
o.v.t.t.
  1. zou vervullen
  2. zou vervullen
  3. zou vervullen
  4. zouden vervullen
  5. zouden vervullen
  6. zouden vervullen
diversen
  1. vervul!
  2. vervult!
  3. vervuld
  4. vervullend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for vervullen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
desempeñar functie bekleden; vervullen aanschouwen; bekijken; beoefenen; bijleggen; goedmaken; kijken; onderscheiden; ontwaren; opmerken; ruzie afsluiten; staren; turen; uit elkaar houden; uiteenhouden; uitoefenen; zien
- uitoefenen

Synonyms for "vervullen":


Related Definitions for "vervullen":

  1. het in de praktijk brengen1
    • hij vervult een moeilijke functie1
  2. werkelijkheid laten worden1
    • al mijn wensen werden vervuld1

Wiktionary Translations for vervullen:

vervullen
verb
  1. het (doen) uitkomen van een voorspelling of belofte

Cross Translation:
FromToVia
vervullen exculpar acquit — to discharge a claim or debt
vervullen satisfacer; cumplir fulfill — to satisfy, carry out
vervullen llenar meet — comply with
vervullen cumplir; llevar a cabo; ejecutar accomplirachever entièrement.
vervullen rellenar remplir — Emplir entièrement, rendre plein, combler.
vervullen realizar; efectivar; cumplir; llevar a cabo; ejecutar réaliser — construire