Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. vinken:
  2. vink:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vinken from Dutch to Spanish

vinken:

vinken verbe

  1. vinken (afvinken; aanstrepen)
    marcar; apuntar

Translation Matrix for vinken:

NounRelated TranslationsOther Translations
marcar aankruisen; aanstrepen; aftekenen; afvinken
VerbRelated TranslationsOther Translations
apuntar aanstrepen; afvinken; vinken aantekenen; aanwijzen; boeken; gericht werpen; in een bep. richting plaatsen; inboeken; krieken; mikken; noteren; op schrift stellen; opschrijven; optekenen; registreren; richten; vastleggen; voorzeggen
marcar aanstrepen; afvinken; vinken aankruisen; eerbied bewijzen; eren; kalibreren; kiezen; lofprijzen; markeren; merken
OtherRelated TranslationsOther Translations
marcar draaiend kiezen; kiezen

Related Words for "vinken":


vinken form of vink:

vink

  1. vink

vink [de ~] nom

  1. de vink (goudvink)
    el pardillo

Translation Matrix for vink:

NounRelated TranslationsOther Translations
pardillo goudvink; vink
OtherRelated TranslationsOther Translations
pinzón vink

Related Words for "vink":


Wiktionary Translations for vink:

vink
noun
  1. Fringilla coelebs, een zangvogel

Cross Translation:
FromToVia
vink pinzón vulgar chaffinch — bird
vink pinzón finch — any bird of the family Fringillidae
vink pinzón común BuchfinkZoologie: Fink mit blaugrauem Oberkopf und Nacken und braunem Bauch der Art Fringilla coelebs
vink pinzón FinkOrnithologie: Vertreter der artenreichen Familie Fringillidae aus der Ordnung der Sperlingsvogel (Passeriformes)
vink pinzón; pinchón pinson — ornithol|nocat Une des espèces de petits oiseaux passereaux granivores, au bec massif conique, et chanteurs dont le chant est agréable.