Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. zich verplaatsen:
  2. Wiktionary:
  3. User Contributed Translations for zich verplaatsen:
    • desplazarse


Dutch

Detailed Translations for zich verplaatsen from Dutch to Spanish

zich verplaatsen:

zich verplaatsen verbe

  1. zich verplaatsen (bewegen)
    mover; conmover

Translation Matrix for zich verplaatsen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
conmover bewegen; zich verplaatsen beroeren; beïnvloeden; omroeren; ontroeren; opschudden; raken; roeren; treffen
mover bewegen; zich verplaatsen beroeren; deponeren; disloqueren; duwen; gaan; iets verplaatsen; leggen; lopen; mixen; mobiliseren; neerleggen; neerzetten; omroeren; onderuit halen; ontroeren; opschudden; plaatsen; raken; roeren; stappen; stationeren; treffen; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervoeren; verzetten; voortbewegen; voortduwen; vooruitduwen; wriggelen; wrikken; zetten; zich voortbewegen

Wiktionary Translations for zich verplaatsen:


Cross Translation:
FromToVia
zich verplaatsen moverse move — to change place or posture; to go

Related Translations for zich verplaatsen