Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. verrijzen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for verrijzen from Dutch to French

verrijzen:

verrijzen verbe (verrijs, verrijst, verrees, verrezen, verrezen)

  1. verrijzen (opdoemen)
    emerger; surgir; apparaître
    • emerger verbe
    • surgir verbe (surgis, surgit, surgissons, surgissez, )
    • apparaître verbe (apparais, apparaît, apparaissons, apparaissez, )

Conjugations for verrijzen:

o.t.t.
  1. verrijs
  2. verrijst
  3. verrijst
  4. verrijzen
  5. verrijzen
  6. verrijzen
o.v.t.
  1. verrees
  2. verrees
  3. verrees
  4. verrezen
  5. verrezen
  6. verrezen
v.t.t.
  1. ben verrezen
  2. bent verrezen
  3. is verrezen
  4. zijn verrezen
  5. zijn verrezen
  6. zijn verrezen
v.v.t.
  1. was verrezen
  2. was verrezen
  3. was verrezen
  4. waren verrezen
  5. waren verrezen
  6. waren verrezen
o.t.t.t.
  1. zal verrijzen
  2. zult verrijzen
  3. zal verrijzen
  4. zullen verrijzen
  5. zullen verrijzen
  6. zullen verrijzen
o.v.t.t.
  1. zou verrijzen
  2. zou verrijzen
  3. zou verrijzen
  4. zouden verrijzen
  5. zouden verrijzen
  6. zouden verrijzen
diversen
  1. verrijs!
  2. verrijst!
  3. verrezen
  4. verrijzend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verrijzen:

NounRelated TranslationsOther Translations
apparaître doen voorkomen; schijnen
surgir opwellen
VerbRelated TranslationsOther Translations
apparaître opdoemen; verrijzen aan het licht komen; er uitzien; eruit zien; lijken; ogen; ontdekt worden; opdagen; opduiken; opkomen; schijnen; tevoorschijn komen; toeschijnen; uitkomen; uitkomen van geheim; verschijnen; voor de dag komen; voordoen
emerger opdoemen; verrijzen
surgir opdoemen; verrijzen gaan staan; omhoog schieten; omhoogrijzen; opdagen; opduiken; opkomen; oprijzen; opschieten; opstaan; rijzen; uit de grond schieten; verschijnen

Wiktionary Translations for verrijzen:

verrijzen
verb
  1. (ergatief) zich verheffen, van de grond komen