Dutch
Suggestions for geborgen in Dutch
Spelling Suggestions for: geborgen
Wiktionary Translations for geborgen:
geborgen
adjective
-
dont on ne douter pas ; certain ; indubitable ; vrai.
- sûr → safe; veilig; zeker; goedaardig; ongevaarlijk; behouden; geborgen; betrouwbaar; vertrouwd; bona fide; gewis; stellig; vast; vaststaand; verzekerd; wis
External Machine Translations: