Dutch
Detailed Translations for ondervinden from Dutch to French
ondervinden:
-
ondervinden (ervaren; beleven; gewaarworden; voelen)
sentir; éprouver; ressentir; subir; vivre; remarquer; s'apercevoir de-
sentir verbe (sens, sent, sentons, sentez, sentent, sentais, sentait, sentions, sentiez, sentaient, sentis, sentit, sentîmes, sentîtes, sentirent, sentirai, sentiras, sentira, sentirons, sentirez, sentiront)
-
éprouver verbe (éprouve, éprouves, éprouvons, éprouvez, éprouvent, éprouvais, éprouvait, éprouvions, éprouviez, éprouvaient, éprouvai, éprouvas, éprouva, éprouvâmes, éprouvâtes, éprouvèrent, éprouverai, éprouveras, éprouvera, éprouverons, éprouverez, éprouveront)
-
ressentir verbe (ressens, ressent, ressentons, ressentez, ressentent, ressentais, ressentait, ressentions, ressentiez, ressentaient, ressentis, ressentit, ressentîmes, ressentîtes, ressentirent, ressentirai, ressentiras, ressentira, ressentirons, ressentirez, ressentiront)
-
subir verbe (subis, subit, subissons, subissez, subissent, subissais, subissait, subissions, subissiez, subissaient, subîmes, subîtes, subirent, subirai, subiras, subira, subirons, subirez, subiront)
-
vivre verbe (vis, vit, vivons, vivez, vivent, vivais, vivait, vivions, viviez, vivaient, vécus, vécut, vécûmes, vécûtes, vécurent, vivrai, vivras, vivra, vivrons, vivrez, vivront)
-
remarquer verbe (remarque, remarques, remarquons, remarquez, remarquent, remarquais, remarquait, remarquions, remarquiez, remarquaient, remarquai, remarquas, remarqua, remarquâmes, remarquâtes, remarquèrent, remarquerai, remarqueras, remarquera, remarquerons, remarquerez, remarqueront)
-
s'apercevoir de verbe
-
Conjugations for ondervinden:
o.t.t.
- ondervind
- ondervindt
- ondervindt
- ondervinden
- ondervinden
- ondervinden
o.v.t.
- ondervond
- ondervond
- ondervond
- ondervonden
- ondervonden
- ondervonden
v.t.t.
- heb ondervonden
- hebt ondervonden
- heeft ondervonden
- hebben ondervonden
- hebben ondervonden
- hebben ondervonden
v.v.t.
- had ondervonden
- had ondervonden
- had ondervonden
- hadden ondervonden
- hadden ondervonden
- hadden ondervonden
o.t.t.t.
- zal ondervinden
- zult ondervinden
- zal ondervinden
- zullen ondervinden
- zullen ondervinden
- zullen ondervinden
o.v.t.t.
- zou ondervinden
- zou ondervinden
- zou ondervinden
- zouden ondervinden
- zouden ondervinden
- zouden ondervinden
diversen
- ondervind!
- ondervindt!
- ondervonden
- ondervindend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
ondervinden (ondervinding)
Translation Matrix for ondervinden:
Wiktionary Translations for ondervinden:
ondervinden
Cross Translation:
verb
-
door ervaring ergens achter komen
- ondervinden → apprendre
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ondervinden | → éprouver | ↔ experience — to observe or undergo |