Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Search: betrokkenheid

Dutch and French Search Results for: betrokkenheid

Summary

Dutch to French: more detail...

betrokkenheid:
- complicité; engagement
betrokken:
- concerné; intéressé; déçu; dépité; déconcerté; couvert
Wiktionary:
- betrokkenheid → implication
- betrokken → sombre
- betrokken → nuageux, couvert

Dutch

Detailed Translations for betrokkenheid from Dutch to French

betrokkenheid:

betrokkenheid [de ~ (v)] nom

de betrokkenheid (medeplichtigheid)
la complicité; l'engagement
- complicité [la ~] nom
- engagement [le ~] nom

Translation Matrix for betrokkenheid:

Noun	Related Translations	Other Translations
complicité	betrokkenheid; medeplichtigheid	medeplichtigheid
engagement	betrokkenheid; medeplichtigheid	aanmonsteren; belening; belofte; dienstverband; eed; gelofte; rekruteren; rekrutering; toezegging; verbintenis; verpanding; verplichting; werving

Related Words for "betrokkenheid":

betrokken

Wiktionary Translations for betrokkenheid:

Cross Translation:

From	To	Via
• betrokkenheid	→ implication	↔ involvement — the act of involving or state of being involved

betrokken:

betrokken adj

betrokken (ermee gemoeid zijn)
concerné; intéressé
- concerné adj
- intéressé adj
betrokken (sip; teleurgesteld; beteuterd)
déçu; dépité; déconcerté; couvert
- déçu adj
- dépité adj
- déconcerté adj
- couvert adj

Translation Matrix for betrokken:

Noun	Related Translations	Other Translations
couvert		bestek; couvert; dekmantel; eetgerei; enveloppe; maaltijdgang; omslag; wikkel
intéressé		Warm; belanghebbende; belangstellende; geïnteresseerde; reflectant
Modifier	Related Translations	Other Translations
concerné	betrokken; ermee gemoeid zijn
couvert	beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld	afgedekt; bedekt; bewolkt; gecovered; gedekt; gezekerd; onderhuids; overdekt; overkapt; sluimerend; verborgen; verborgen aanwezig zijn; verkapt; verkleed; vermomd; volgebouwd
déconcerté	beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld	bedremmeld; beduusd; beteuterd; getroffen; met de mond vol tanden; met open mond; ontdaan; onthutst; ontsteld; ontzet; overstuur; paf; perplex; sprakeloos; stomverbaasd; uiterst verbaasd; verbaasd; verbijsterd; verbluft; verbouwereerd; verschrikt; verstomd; verwonderd
dépité	beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld
déçu	beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld	wijsgemaakt
intéressé	betrokken; ermee gemoeid zijn	aandachtig; belangstellend; geïnteresseerd; hebberig; hebzuchtig; inhalig; oplettend; opmerkzaam

Related Words for "betrokken":

betrokkenheid, betrokkene

Wiktionary Translations for betrokken:

betrokken

adjective

Qui est peu éclairer ; qui recevoir peu de lumière ; qui est obscur.
- sombre → naargeestig; troosteloos; droefgeestig; melancholiek; weemoedig; zwaarmoedig; betrokken; bewolkt; donker; duister; mistroostig; somber; triestig

Cross Translation:

From	To	Via
• betrokken	→ nuageux; couvert	↔ overcast — covered with clouds; overshadowed; darkened