Dutch
Detailed Translations for pracht from Dutch to French
pracht:
-
de pracht (praal; glans; luister; pronk)
-
de pracht (luxe; overvloed; weelderigheid; weelde)
le luxe; la luxuriance; la magnificence; la richesse; l'abondance; la somptuosité; la fortune; la splendeur; la profusion; la pompe; l'opulence -
de pracht (schoonheid)
Translation Matrix for pracht:
Related Words for "pracht":
External Machine Translations: