Dutch
Detailed Translations for smeer from Dutch to French
smeer:
Translation Matrix for smeer:
Noun | Related Translations | Other Translations |
baume | balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf | body lotion; bodylotion; bodymilk; crème; huidcrème; smeerseltje |
graisse | olie; reuzel; smeer; vet | braadvet; vetheid; vettigheid |
gras | olie; reuzel; smeer; vet | vet |
huile | olie; reuzel; smeer; vet | aardolie; olie |
matières grasses | olie; reuzel; smeer; vet | |
onguent | balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf | body lotion; bodylotion; bodymilk; crème; huidcrème; smeerseltje |
pommade | balsem; smeer; smeersel; smeerseltje; smeerzalf; zalf | crème; dikke zalf; huidcrème; pasta; smeerseltje |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
gras | dik; lijvig; smeerachtig; vet; vethoudend; vetrijk; vettig; zwaar van lijf |
Related Words for "smeer":
smeer form of smeren:
-
smeren (invetten; oliën; inoliën)
huiler; graisser; lubrifier-
huiler verbe (huile, huiles, huilons, huilez, huilent, huilais, huilait, huilions, huiliez, huilaient, huilai, huilas, huila, huilâmes, huilâtes, huilèrent, huilerai, huileras, huilera, huilerons, huilerez, huileront)
-
graisser verbe (graisse, graisses, graissons, graissez, graissent, graissais, graissait, graissions, graissiez, graissaient, graissai, graissas, graissa, graissâmes, graissâtes, graissèrent, graisserai, graisseras, graissera, graisserons, graisserez, graisseront)
-
lubrifier verbe (lubrifie, lubrifies, lubrifions, lubrifiez, lubrifient, lubrifiais, lubrifiait, lubrifiions, lubrifiiez, lubrifiaient, lubrifiai, lubrifias, lubrifia, lubrifiâmes, lubrifiâtes, lubrifièrent, lubrifierai, lubrifieras, lubrifiera, lubrifierons, lubrifierez, lubrifieront)
-
-
smeren (vertrekken; weggaan; verwijderen; wegtrekken; afreizen; opstappen; wegreizen)
partir; quitter; s'envoler; s'en aller-
partir verbe (pars, part, partons, partez, partent, partais, partait, partions, partiez, partaient, partis, partit, partîmes, partîtes, partirent, partirai, partiras, partira, partirons, partirez, partiront)
-
quitter verbe (quitte, quittes, quittons, quittez, quittent, quittais, quittait, quittions, quittiez, quittaient, quittai, quittas, quitta, quittâmes, quittâtes, quittèrent, quitterai, quitteras, quittera, quitterons, quitterez, quitteront)
-
s'envoler verbe
-
s'en aller verbe
-
Conjugations for smeren:
o.t.t.
- smeer
- smeert
- smeert
- smeren
- smeren
- smeren
o.v.t.
- smeerde
- smeerde
- smeerde
- smeerden
- smeerden
- smeerden
v.t.t.
- heb gesmeerd
- hebt gesmeerd
- heeft gesmeerd
- hebben gesmeerd
- hebben gesmeerd
- hebben gesmeerd
v.v.t.
- had gesmeerd
- had gesmeerd
- had gesmeerd
- hadden gesmeerd
- hadden gesmeerd
- hadden gesmeerd
o.t.t.t.
- zal smeren
- zult smeren
- zal smeren
- zullen smeren
- zullen smeren
- zullen smeren
o.v.t.t.
- zou smeren
- zou smeren
- zou smeren
- zouden smeren
- zouden smeren
- zouden smeren
en verder
- ben gesmeerd
- bent gesmeerd
- is gesmeerd
- zijn gesmeerd
- zijn gesmeerd
- zijn gesmeerd
diversen
- smeer!
- smeert!
- gesmeerd
- smerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for smeren:
Related Words for "smeren":
Wiktionary Translations for smeren:
smeren
Cross Translation:
verb
-
Traductions à trier suivant le sens
-
Traductions à trier suivant le sens.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• smeren | → graisser | ↔ grease — put grease or fat on something |
• smeren | → graisser la patte; corrompre | ↔ grease — to bribe |
• smeren | → lubrifier | ↔ lubricate — to make slippery or smooth |
• smeren | → badigeonner | ↔ smear — to spread (a substance) |
• smeren | → étaler | ↔ spread — to smear, distribute in a thin layer |
• smeren | → beurrer | ↔ buttern — Gastronomie: mit Butter bestreichen |