Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Search: lening

Dutch and French Search Results for: lening

Summary

Dutch to French: more detail...

lening:
- hypothèque; emprunt; crédit; accord de crédit; crédit à découvert; octroi d'un crédit; prêt
Wiktionary:
- lening → emprunt, prêt
- lening → prêt

Dutch

Detailed Translations for lening from Dutch to French

lening:

lening [de ~ (v)] nom

de lening (hypotheek; geldlening)
l'hypothèque; l'emprunt
- hypothèque [la ~] nom
- emprunt [le ~] nom
de lening (kredietverlening)
le crédit; l'accord de crédit; le crédit à découvert; l'octroi d'un crédit
- crédit [le ~] nom
- accord de crédit [le ~] nom
- crédit à découvert [le ~] nom
- octroi d'un crédit [le ~] nom
de lening
prêt
- prêt adj

Translation Matrix for lening:

Noun	Related Translations	Other Translations
accord de crédit	kredietverlening; lening
crédit	kredietverlening; lening	activa; baten; bezit; credit; krediet; tegoed
crédit à découvert	kredietverlening; lening
emprunt	geldlening; hypotheek; lening	leenwoord; ontlening
hypothèque	geldlening; hypotheek; lening	hypotheek
octroi d'un crédit	kredietverlening; lening
Modifier	Related Translations	Other Translations
prêt	lening	af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; doorgekookt; gaar; gedaan; gekookt; genegen; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; over; paraat; rap; snel; startklaar; uit; vlot; vlug; volbracht; voltooid; voorbij

Related Words for "lening":

leningen

Wiktionary Translations for lening:

lening

noun

Action d'emprunter ou chose empruntée
- emprunt → lening
action de prêter :
- prêt → lening

Cross Translation:

From	To	Via
• lening	→ prêt	↔ loan — borrowed sum of money or other valuables

Related Translations for lening