Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. getuigen:
  2. Wiktionary:
  3. User Contributed Translations for getuigen:
    • témoignages


Dutch

Detailed Translations for getuigen from Dutch to French

getuigen:

getuigen verbe (getuig, getuigt, getuigde, getuigden, getuigd)

  1. getuigen
    témoigner; attester; certifier; déclarer; porter témoignage
    • témoigner verbe (témoigne, témoignes, témoignons, témoignez, )
    • attester verbe (atteste, attestes, attestons, attestez, )
    • certifier verbe (certifie, certifies, certifions, certifiez, )
    • déclarer verbe (déclare, déclares, déclarons, déclarez, )

Conjugations for getuigen:

o.t.t.
  1. getuig
  2. getuigt
  3. getuigt
  4. getuigen
  5. getuigen
  6. getuigen
o.v.t.
  1. getuigde
  2. getuigde
  3. getuigde
  4. getuigden
  5. getuigden
  6. getuigden
v.t.t.
  1. heb getuigd
  2. hebt getuigd
  3. heeft getuigd
  4. hebben getuigd
  5. hebben getuigd
  6. hebben getuigd
v.v.t.
  1. had getuigd
  2. had getuigd
  3. had getuigd
  4. hadden getuigd
  5. hadden getuigd
  6. hadden getuigd
o.t.t.t.
  1. zal getuigen
  2. zult getuigen
  3. zal getuigen
  4. zullen getuigen
  5. zullen getuigen
  6. zullen getuigen
o.v.t.t.
  1. zou getuigen
  2. zou getuigen
  3. zou getuigen
  4. zouden getuigen
  5. zouden getuigen
  6. zouden getuigen
diversen
  1. getuig!
  2. getuigt!
  3. getuigd
  4. getuigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

getuigen [de ~] nom, pluriel

  1. de getuigen (getuigen voor de rechtbank)
    le témoins

Translation Matrix for getuigen:

NounRelated TranslationsOther Translations
témoins getuigen; getuigen voor de rechtbank
VerbRelated TranslationsOther Translations
attester getuigen aantonen; betonen; betuigen; beweren; bewijzen; pretenderen; staven; stellen; verklaren; voorgeven
certifier getuigen beweren; borg staan; borg zijn; garanderen; garant staan; instaan; instaan voor; pretenderen; stellen; vast beloven; verklaren; verzekeren; voorgeven; waarborgen
déclarer getuigen aangeven; berichten; betonen; betuigen; beweren; declareren; informeren; inklaren; klaren; meedelen; melden; noteren; opschrijven; pretenderen; rapporteren; stellen; verklaren; verslag uitbrengen; voorgeven; zich aanmelden; zich melden; zich opgeven
porter témoignage getuigen beweren; pretenderen; stellen; verklaren; voorgeven
témoigner getuigen betonen; betuigen; beweren; pretenderen; stellen; verklaren; voorgeven

Related Definitions for "getuigen":

  1. het laten zien, er blijk van geven1
    • zijn kleding getuigde van smaak1
  2. later officieel vertellen wat je zag1
    • hij getuigde dat de man drie keer schoot1

Wiktionary Translations for getuigen:

getuigen
verb
  1. een veelal beëdigde verklaring afleggen ten aanzien van de ware toedracht van een zaak
getuigen

Related Translations for getuigen