Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Search: belenden

Dutch and French Search Results for: belenden

Summary

Dutch to French: more detail...

belenden:
- Wiktionary:
  belenden → aboutir, jouxter

Dutch

Detailed Translations for belenden from Dutch to French

belenden: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

Spelling Suggestions for: belenden

belegden; beleenden; bekenden; beleden; belanden; blenden; belendend; belenen; beleefden; beierden

Wiktionary Translations for belenden:

belenden

verb

toucher par un bout.
- aboutir → resulteren; uitkomen; volgen; voortkomen; voortspruiten; voortvloeien; belenden; grenzen aan; besturen; brengen; leiden; geleiden; voeren; uitgaan; uitlopen; uitstappen; uitstijgen; uittreden; bereiken; behalen; inhalen; reiken tot; leiden tot; uitdraaien op; uitlopen op
procédure|fr Être proche de.
- jouxter → belenden; aangrenzen

External Machine Translations:

French

Suggestions for belenden in French

Spelling Suggestions for: belenden

bêlent

External Machine Translations: