Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. krabben:
  2. krab:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for krabben from Dutch to French

krabben:

krabben verbe (krab, krabt, krabde, krabden, gekrabd)

  1. krabben (wortels schrapen; schrappen)

Conjugations for krabben:

o.t.t.
  1. krab
  2. krabt
  3. krabt
  4. krabben
  5. krabben
  6. krabben
o.v.t.
  1. krabde
  2. krabde
  3. krabde
  4. krabden
  5. krabden
  6. krabden
v.t.t.
  1. heb gekrabd
  2. hebt gekrabd
  3. heeft gekrabd
  4. hebben gekrabd
  5. hebben gekrabd
  6. hebben gekrabd
v.v.t.
  1. had gekrabd
  2. had gekrabd
  3. had gekrabd
  4. hadden gekrabd
  5. hadden gekrabd
  6. hadden gekrabd
o.t.t.t.
  1. zal krabben
  2. zult krabben
  3. zal krabben
  4. zullen krabben
  5. zullen krabben
  6. zullen krabben
o.v.t.t.
  1. zou krabben
  2. zou krabben
  3. zou krabben
  4. zouden krabben
  5. zouden krabben
  6. zouden krabben
en verder
  1. ben gekrabd
  2. bent gekrabd
  3. is gekrabd
  4. zijn gekrabd
  5. zijn gekrabd
  6. zijn gekrabd
diversen
  1. krab!
  2. krabt!
  3. gekrabd
  4. krabbend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for krabben:

VerbRelated TranslationsOther Translations
gratter de carottes krabben; schrappen; wortels schrapen

Related Words for "krabben":


Wiktionary Translations for krabben:

krabben
verb
  1. met de nagels bewerken
krabben
Cross Translation:
FromToVia
krabben prendre pick — to grasp and pull with fingers
krabben gratter scratch — To rub a surface with a sharp object

krab:

krab [de ~] nom

  1. de krab (schram; kras; krabwond)
    la griffure; l'emprunteur; l'éraflure; l'égratignure; l'écorchure; la déchirure

Translation Matrix for krab:

NounRelated TranslationsOther Translations
déchirure krab; krabwond; kras; schram afrukken; barsten; kepen; krakken; losrukken; scheur; torn
emprunteur krab; krabwond; kras; schram kredietnemer; lener
griffure krab; krabwond; kras; schram gekrabbel; krabbelen; met de nagels krabbelen
écorchure krab; krabwond; kras; schram schaafwond
égratignure krab; krabwond; kras; schram aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel
éraflure krab; krabwond; kras; schram ontvellen; ontvelling; schampschot; schrammetje

Related Words for "krab":


Wiktionary Translations for krab:

krab
noun
  1. kreeftachtige die leeft in de nabijheid van water
krab
noun
  1. crustacé décapode, à large carapace, dont on manger la chair.

Cross Translation:
FromToVia
krab crabe crab — crustacean
krab crabe KrabbeZoologie: ein Meerkrebs

Related Translations for krabben