Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. chocolaatje:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for chocolaatje from Dutch to French

chocolaatje:

chocolaatje [het ~] nom

  1. het chocolaatje (stukje chocola)
    le chocolat; le morceau de chocolat
  2. het chocolaatje (bonbon)
    le bonbon au chocolat; le chocolat; la bouchée; la pastille de chocolat; la pastille
  3. het chocolaatje (flikje)
    le chocolat; la pastille; la pastille de chocolat

Translation Matrix for chocolaatje:

NounRelated TranslationsOther Translations
bonbon au chocolat bonbon; chocolaatje
bouchée bonbon; chocolaatje hap; hapje; mondvol; snack; tussendoortje
chocolat bonbon; chocolaatje; flikje; stukje chocola chocolade; chocoladedrank; chocolademelk; chocoladereep; reep
morceau de chocolat chocolaatje; stukje chocola
pastille bonbon; chocolaatje; flikje pastille; vast geneesmiddel
pastille de chocolat bonbon; chocolaatje; flikje flikken

Wiktionary Translations for chocolaatje:

chocolaatje
noun
  1. een stukje chocola

Cross Translation:
FromToVia
chocolaatje chocolat; praline chocolate — small piece of confectionery made from chocolate