Summary
Dutch to French: more detail...
- haal:
- halen:
-
Wiktionary:
- haal → raie, rayure
- halen → aller chercher, atteindre, frapper, haler, parvenir, saisir
- halen → aller chercher, rapporter, ramener, obtenir, réussir à avoir, prendre, puiser
Dutch
Detailed Translations for haal from Dutch to French
haal:
-
de haal (pennekras; kras)
-
de haal (trekje aan een sigaret; trekje; haaltje)
Translation Matrix for haal:
Noun | Related Translations | Other Translations |
raie | haal; kras; pennekras | lijn; rog; schreef |
rayure | haal; kras; pennekras | |
trait | haal; haaltje; kras; pennekras; ruk; trek; trekje; trekje aan een sigaret | dronk; eigenschap; gelaatstrek; gezichtsrimpel; haal met de pen; karaktereigenschap; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kwalititeit; kwaststreek; lijn; lijntje; linie; pennenstreek; rimpel; schimpscheut; schreef; slok; stigma; streep; streepje; teug; typering; voorzet |
trait de plume | haal; kras; pennekras | haal met de pen; pennenstreek |
Related Words for "haal":
halen:
-
halen (pakken)
obtenir; aller chercher; gagner; acquérir; se procurer-
obtenir verbe (obtiens, obtient, obtenons, obtenez, obtiennent, obtenais, obtenait, obtenions, obteniez, obtenaient, obtins, obtint, obtînmes, obtîntes, obtinrent, obtiendrai, obtiendras, obtiendra, obtiendrons, obtiendrez, obtiendront)
-
aller chercher verbe
-
gagner verbe (gagne, gagnes, gagnons, gagnez, gagnent, gagnais, gagnait, gagnions, gagniez, gagnaient, gagnai, gagnas, gagna, gagnâmes, gagnâtes, gagnèrent, gagnerai, gagneras, gagnera, gagnerons, gagnerez, gagneront)
-
acquérir verbe (acquiers, acquiert, acquérons, acquérez, acquièrent, acquérais, acquérait, acquérions, acquériez, acquéraient, acquis, acquit, acquîmes, acquîtes, acquirent, acquerrai, acquerras, acquerra, acquerrons, acquerrez, acquerront)
-
se procurer verbe
-
Conjugations for halen:
o.t.t.
- haal
- haalt
- haalt
- halen
- halen
- halen
o.v.t.
- haalde
- haalde
- haalde
- haalden
- haalden
- haalden
v.t.t.
- heb gehaald
- hebt gehaald
- heeft gehaald
- hebben gehaald
- hebben gehaald
- hebben gehaald
v.v.t.
- had gehaald
- had gehaald
- had gehaald
- hadden gehaald
- hadden gehaald
- hadden gehaald
o.t.t.t.
- zal halen
- zult halen
- zal halen
- zullen halen
- zullen halen
- zullen halen
o.v.t.t.
- zou halen
- zou halen
- zou halen
- zouden halen
- zouden halen
- zouden halen
en verder
- ben gehaald
- bent gehaald
- is gehaald
- zijn gehaald
- zijn gehaald
- zijn gehaald
diversen
- haal!
- haalt!
- gehaald
- halend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het halen
Translation Matrix for halen:
Related Words for "halen":
Antonyms for "halen":
Related Definitions for "halen":
Wiktionary Translations for halen:
halen
Cross Translation:
verb
halen
-
ergens heengaan met als doel om iets of iemand mee terug te brengen
- halen → aller chercher
verb
-
toucher de loin au moyen d’un projectile.
-
A TRIER
-
marine|fr tirer à soi avec force à l’aide d’un cordage.
-
Arriver à un point donné à la suite d’un déplacement. (Sens général)
-
Prendre vivement.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• halen | → aller chercher; rapporter; ramener | ↔ fetch — To retrieve; to bear towards; to get |
• halen | → obtenir | ↔ get — obtain |
• halen | → réussir à avoir | ↔ erwischen — jemanden oder etwas (gerade noch rechtzeitig) erreichen |
• halen | → prendre; puiser | ↔ holen — etwas, jemanden zu sich kommen machen |