Summary
Dutch
Detailed Translations for verifiëren from Dutch to French
verifieren:
-
verifieren (zekerstellen; nagaan)
vérifier; contrôler-
vérifier verbe (vérifie, vérifies, vérifions, vérifiez, vérifient, vérifiais, vérifiait, vérifiions, vérifiiez, vérifiaient, vérifiai, vérifias, vérifia, vérifiâmes, vérifiâtes, vérifièrent, vérifierai, vérifieras, vérifiera, vérifierons, vérifierez, vérifieront)
-
contrôler verbe (contrôle, contrôles, contrôlons, contrôlez, contrôlent, contrôlais, contrôlait, contrôlions, contrôliez, contrôlaient, contrôlai, contrôlas, contrôla, contrôlâmes, contrôlâtes, contrôlèrent, contrôlerai, contrôleras, contrôlera, contrôlerons, contrôlerez, contrôleront)
-
Translation Matrix for verifieren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
contrôler | nagaan; verifieren; zekerstellen | beheersen; bekijken; beteugelen; bezichtigen; checken; controleren; de overhand hebben; domineren; examineren; inspecteren; intomen; leerstof beheersen; nagaan; nakijken; natrekken; onder de knie hebben; overheersen; overhoren; testen; toetsen; verifiëren |
vérifier | nagaan; verifieren; zekerstellen | aantonen; bepalen; beproeven; bewijzen; checken; controleren; determineren; iets opzoeken; keuren; nagaan; nakijken; naspeuren; nasporen; natrekken; navragen; nazoeken; onderzoeken; staven; testen; vaststellen; verifiëren |
verifiëren:
-
verifiëren (natrekken; checken; nagaan)
vérifier; examiner; contrôler-
vérifier verbe (vérifie, vérifies, vérifions, vérifiez, vérifient, vérifiais, vérifiait, vérifiions, vérifiiez, vérifiaient, vérifiai, vérifias, vérifia, vérifiâmes, vérifiâtes, vérifièrent, vérifierai, vérifieras, vérifiera, vérifierons, vérifierez, vérifieront)
-
examiner verbe (examine, examines, examinons, examinez, examinent, examinais, examinait, examinions, examiniez, examinaient, examinai, examinas, examina, examinâmes, examinâtes, examinèrent, examinerai, examineras, examinera, examinerons, examinerez, examineront)
-
contrôler verbe (contrôle, contrôles, contrôlons, contrôlez, contrôlent, contrôlais, contrôlait, contrôlions, contrôliez, contrôlaient, contrôlai, contrôlas, contrôla, contrôlâmes, contrôlâtes, contrôlèrent, contrôlerai, contrôleras, contrôlera, contrôlerons, contrôlerez, contrôleront)
-
Conjugations for verifiëren:
o.t.t.
- verifiëer
- verifiëert
- verifiëert
- verifiëren
- verifiëren
- verifiëren
o.v.t.
- verifiëerde
- verifiëerde
- verifiëerde
- verifiëerden
- verifiëerden
- verifiëerden
v.t.t.
- heb geverifiëerd
- hebt geverifiëerd
- heeft geverifiëerd
- hebben geverifiëerd
- hebben geverifiëerd
- hebben geverifiëerd
v.v.t.
- had geverifiëerd
- had geverifiëerd
- had geverifiëerd
- hadden geverifiëerd
- hadden geverifiëerd
- hadden geverifiëerd
o.t.t.t.
- zal verifiëren
- zult verifiëren
- zal verifiëren
- zullen verifiëren
- zullen verifiëren
- zullen verifiëren
o.v.t.t.
- zou verifiëren
- zou verifiëren
- zou verifiëren
- zouden verifiëren
- zouden verifiëren
- zouden verifiëren
diversen
- verifiëer!
- verifiëert!
- geverifiëerd
- verifiërend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for verifiëren:
Wiktionary Translations for verifiëren:
verifiëren
Cross Translation:
verb
-
nagaan, controleren
- verifiëren → vérifier
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verifiëren | → vérifier | ↔ check — to verify or compare with a source of information |
• verifiëren | → vérifier | ↔ verifizieren — (transitiv) bildungssprachlich: durch Überprüfen die Richtigkeit oder den Wahrheitsgehalt einer Sache bestätigen |