Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. aanwerven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for aanwerven from Dutch to French

aanwerven:

aanwerven verbe (werf aan, werft aan, werfde aan, werfden aan, aangeworven)

  1. aanwerven (rekruteren; werven)
    embaucher; recruter; engager; prendre
    • embaucher verbe (embauche, embauches, embauchons, embauchez, )
    • recruter verbe (recrute, recrutes, recrutons, recrutez, )
    • engager verbe (engage, engages, engageons, engagez, )
    • prendre verbe (prends, prend, prenons, prenez, )

Conjugations for aanwerven:

o.t.t.
  1. werf aan
  2. werft aan
  3. werft aan
  4. werven aan
  5. werven aan
  6. werven aan
o.v.t.
  1. werfde aan
  2. werfde aan
  3. werfde aan
  4. werfden aan
  5. werfden aan
  6. werfden aan
v.t.t.
  1. heb aangeworven
  2. hebt aangeworven
  3. heeft aangeworven
  4. hebben aangeworven
  5. hebben aangeworven
  6. hebben aangeworven
v.v.t.
  1. had aangeworven
  2. had aangeworven
  3. had aangeworven
  4. hadden aangeworven
  5. hadden aangeworven
  6. hadden aangeworven
o.t.t.t.
  1. zal aanwerven
  2. zult aanwerven
  3. zal aanwerven
  4. zullen aanwerven
  5. zullen aanwerven
  6. zullen aanwerven
o.v.t.t.
  1. zou aanwerven
  2. zou aanwerven
  3. zou aanwerven
  4. zouden aanwerven
  5. zouden aanwerven
  6. zouden aanwerven
diversen
  1. werf aan!
  2. werft aan!
  3. aangewerfd
  4. aanwervende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aanwerven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
embaucher aanwerven; rekruteren; werven aannemen; aanroepen; aantrekken; detacheren; engageren; in dienst nemen; inhuren; inroepen; inviteren; ronselen; tewerkstellen; uitnodigen; uitzenden
engager aanwerven; rekruteren; werven aangaan; aangrijpen; aanknopen; aannemen; aanroepen; aantrekken; aanvaarden; aanvangen; aanwenden; accepteren; aftrappen; beginnen; benoemen; benutten; engageren; erbij betrekken; erbij halen; erbij roepen; gebruiken; in dienst nemen; in functie aanstellen; in ontvangst nemen; inhuren; inroepen; inviteren; mobiliseren; ondernemen; ontvangen; panden; rekruteren; ronselen; starten; toepassen; uitnodigen; van start gaan
prendre aanwerven; rekruteren; werven aangaan; aanhouden; aanklampen; aannemen; aanpakken; aanvaarden; aanvangen; aanwrijven; absorberen; accepteren; achteroverdrukken; afhalen; afhalen en meenemen; afnemen; arresteren; beetgrijpen; beetnemen; beetpakken; beginnen; benemen; beroven van; beschuldigen; bevangen; bezetten; bezigen; binden; blameren; boeien; buitmaken; cadeau aannemen; depriveren; eigen maken; fascineren; gappen; gebruik maken van; gebruiken; gevangennemen; graaien; grijpen; grissen; hanteren; iemand iets aanrekenen; iemand iets verwijten; iets bemachtigen; iets halen; in ontvangst nemen; ingrijpen; inpikken; inrekenen; intrigeren; jatten; kapen; ketenen; kiezen; klauwen; kluisteren; kopen; kwalijk nemen; laken; leegstelen; meenemen; nadragen; nemen; ondernemen; ontfutselen; ontnemen; ontoegankelijk maken; ontvangen; ontvreemden; ophalen; opnemen; oppakken; oppikken; oprapen; opslorpen; opslurpen; opsnappen; pakken; pikken; plunderen; roven; schiften; selecteren; selectie toepassen; snaaien; starten; stelen; te kort doen; te pakken krijgen; toegrijpen; toetasten; toeëigenen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken; van start gaan; vangen; vastgrijpen; vastklampen; vastnemen; vastpakken; vatten; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; verkrijgen; veroveren; verstrikken; vervreemden; verwerven; voor de voeten gooien; weghalen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; zich bedienen; ziften
recruter aanwerven; rekruteren; werven aannemen; aantrekken; adverteren; in dienst nemen; inhuren; rekruteren; ronselen; werven

Wiktionary Translations for aanwerven:

aanwerven
Cross Translation:
FromToVia
aanwerven embaucher; engager; recruter; employer hire — to employ