Dutch
Detailed Translations for afgeslankt from Dutch to French
afgeslankt:
-
afgeslankt
Translation Matrix for afgeslankt:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
maigri | afgeslankt | vermagerd |
minci | afgeslankt | |
perdu du poids | afgeslankt |
Related Words for "afgeslankt":
afslanken:
-
afslanken
maigrir; perdre du poids; amincir; dégraisser-
maigrir verbe (maigris, maigrit, maigrissons, maigrissez, maigrissent, maigrissais, maigrissait, maigrissions, maigrissiez, maigrissaient, maigrîmes, maigrîtes, maigrirent, maigrirai, maigriras, maigrira, maigrirons, maigrirez, maigriront)
-
perdre du poids verbe
-
amincir verbe (amincis, amincit, amincissons, amincissez, amincissent, amincissais, amincissait, amincissions, amincissiez, amincissaient, amincîmes, amincîtes, amincirent, amincirai, aminciras, amincira, amincirons, amincirez, aminciront)
-
dégraisser verbe (dégraisse, dégraisses, dégraissons, dégraissez, dégraissent, dégraissais, dégraissait, dégraissions, dégraissiez, dégraissaient, dégraissai, dégraissas, dégraissa, dégraissâmes, dégraissâtes, dégraissèrent, dégraisserai, dégraisseras, dégraissera, dégraisserons, dégraisserez, dégraisseront)
-
Conjugations for afslanken:
o.t.t.
- slank af
- slankt af
- slankt af
- slanken af
- slanken af
- slanken af
o.v.t.
- slankte af
- slankte af
- slankte af
- slankten af
- slankten af
- slankten af
v.t.t.
- ben afgeslankt
- bent afgeslankt
- is afgeslankt
- zijn afgeslankt
- zijn afgeslankt
- zijn afgeslankt
v.v.t.
- was afgeslankt
- was afgeslankt
- was afgeslankt
- waren afgeslankt
- waren afgeslankt
- waren afgeslankt
o.t.t.t.
- zal afslanken
- zult afslanken
- zal afslanken
- zullen afslanken
- zullen afslanken
- zullen afslanken
o.v.t.t.
- zou afslanken
- zou afslanken
- zou afslanken
- zouden afslanken
- zouden afslanken
- zouden afslanken
diversen
- slank af!
- slankt af!
- afgeslankt
- afslankende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
afslanken (vermageren; afvallen; uitmergelen; vermagering)
Translation Matrix for afslanken:
Noun | Related Translations | Other Translations |
amaigrissement | afslanken; afvallen; uitmergelen; vermageren; vermagering | overlappingsinstelling; vermageringsdieet |
amincissement | afslanken; afvallen; uitmergelen; vermageren; vermagering | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
amincir | afslanken | afkleden; afvallen; vermageren |
dégraisser | afslanken | |
maigrir | afslanken | afvallen; vermageren |
perdre du poids | afslanken |