Summary
Dutch to French: more detail...
- appel:
-
Wiktionary:
- appel → pomme, recours
- appel → pomme, appel, appel nominal
Dutch
Detailed Translations for appelen from Dutch to French
appel:
-
de appel (naamafroeping)
-
de appel (appel vrucht)
-
de appel (appels)
-
de appel (handappel)
-
de appel (moesappel)
Translation Matrix for appel:
Noun | Related Translations | Other Translations |
appel | appel; naamafroeping | appèl; bekendmaking; bellen; bericht; beroep juridisch; beroep doen op; boodschap; convocatie; geroep; geschreeuw; gewag; informatie; inroeping; kennisgeving; lokroep; loktoon; mededeling; melding; opbellen; opgave; oproep; oproeping; relaas; roep; roepstem; tijding; uitspraak; vermelding; verwittiging; wegroepen; wekroep |
fruit de pomme | appel; appel vrucht | |
pomme | appel; handappel | krop; opeengepakte bladeren |
pomme à cuire | appel; moesappel | stoofappel |
pommes | appel; appels | handappels |
Related Words for "appel":
Related Definitions for "appel":
External Machine Translations: