Dutch
Detailed Translations for dichtschroeven from Dutch to French
dichtschroeven:
dichtschroeven verbe (schroef dicht, schroeft dicht, schroefde dicht, schroefden dicht, dichtgeschroefd)
-
dichtschroeven (vastschroeven)
serrer; resserrer; visser; serrer la vis-
serrer verbe (serre, serres, serrons, serrez, serrent, serrais, serrait, serrions, serriez, serraient, serrai, serras, serra, serrâmes, serrâtes, serrèrent, serrerai, serreras, serrera, serrerons, serrerez, serreront)
-
resserrer verbe (resserre, resserres, resserrons, resserrez, resserrent, resserrais, resserrait, resserrions, resserriez, resserraient, resserrai, resserras, resserra, resserrâmes, resserrâtes, resserrèrent, resserrerai, resserreras, resserrera, resserrerons, resserrerez, resserreront)
-
visser verbe (visse, visses, vissons, vissez, vissent, vissais, vissait, vissions, vissiez, vissaient, vissai, vissas, vissa, vissâmes, vissâtes, vissèrent, visserai, visseras, vissera, visserons, visserez, visseront)
-
serrer la vis verbe
-
Conjugations for dichtschroeven:
o.t.t.
- schroef dicht
- schroeft dicht
- schroeft dicht
- schroeven dicht
- schroeven dicht
- schroeven dicht
o.v.t.
- schroefde dicht
- schroefde dicht
- schroefde dicht
- schroefden dicht
- schroefden dicht
- schroefden dicht
v.t.t.
- heb dichtgeschroefd
- hebt dichtgeschroefd
- heeft dichtgeschroefd
- hebben dichtgeschroefd
- hebben dichtgeschroefd
- hebben dichtgeschroefd
v.v.t.
- had dichtgeschroefd
- had dichtgeschroefd
- had dichtgeschroefd
- hadden dichtgeschroefd
- hadden dichtgeschroefd
- hadden dichtgeschroefd
o.t.t.t.
- zal dichtschroeven
- zult dichtschroeven
- zal dichtschroeven
- zullen dichtschroeven
- zullen dichtschroeven
- zullen dichtschroeven
o.v.t.t.
- zou dichtschroeven
- zou dichtschroeven
- zou dichtschroeven
- zouden dichtschroeven
- zouden dichtschroeven
- zouden dichtschroeven
en verder
- is dichtgeschroefd
- zijn dichtgeschroefd
diversen
- schroef dicht!
- schroeft dicht!
- dichtgeschroefd
- dichtschroevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
dichtschroeven (vastschroeven)
Translation Matrix for dichtschroeven:
Noun | Related Translations | Other Translations |
serrage | dichtschroeven; vastschroeven | aantrekken; straktrekken |
serrer | aanschroeven; vastschroeven | |
vissage | dichtschroeven; vastschroeven | |
visser | aanschroeven; vastschroeven | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
resserrer | dichtschroeven; vastschroeven | contracteren; insnoeren; knijpbeweging; samentrekken; schroeven |
serrer | dichtschroeven; vastschroeven | aandraaien; aandrukken; aanschroeven; aantrekken; comprimeren; dichtdraaien; dichtknijpen; dichttrekken; door draaien vastmaken; drukken; klemmen; klemzetten; knellen; knuffelen; liefkozen; met gespannen voorwerp omsluiten; omklemmen; omspannen; oprekken; overspannen; rekken; samendrukken; samenpersen; schroeven; strak zitten; vastdraaien; vastdrukken; vasthouden; vastklemmen; vastknellen; vastknijpen; vastschroeven |
serrer la vis | dichtschroeven; vastschroeven | |
visser | dichtschroeven; vastschroeven | aandraaien; aanschroeven; door draaien vastmaken; indraaien; inschroeven; schroeven; vastschroeven |