Summary
Dutch
Detailed Translations for dooien from Dutch to French
dooien:
-
dooien (ophouden te vriezen)
dégeler; fondre-
dégeler verbe (dégèle, dégèles, dégelons, dégelez, dégèlent, dégelais, dégelait, dégelions, dégeliez, dégelaient, dégelai, dégelas, dégela, dégelâmes, dégelâtes, dégelèrent, dégèlerai, dégèleras, dégèlera, dégèlerons, dégèlerez, dégèleront)
-
fondre verbe (fonds, fond, fondons, fondez, fondent, fondais, fondait, fondions, fondiez, fondaient, fondis, fondit, fondîmes, fondîtes, fondirent, fondrai, fondras, fondra, fondrons, fondrez, fondront)
-
Conjugations for dooien:
o.t.t.
- dooit
- dooien
o.v.t.
- dooide
- dooiden
v.t.t.
- heeft gedooid
- hebben gedooid
v.v.t.
- had gedooid
- hadden gedooid
o.t.t.t.
- zal dooien
- zullen dooien
o.v.t.t.
- zou dooien
- zouden dooien
diversen
- gedooid
- dooiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for dooien:
Verb | Related Translations | Other Translations |
dégeler | dooien; ophouden te vriezen | door hitte vloeibaar worden; minder stijf worden; smelten; wegsmelten |
fondre | dooien; ophouden te vriezen | door hitte vloeibaar worden; doorbranden; fuseren; ineensmelten; inkrimpen; krimpen; minder stijf worden; samensmelten; slinken; smelten; versmelten; wegsmelten |
Related Words for "dooien":
dooi:
Translation Matrix for dooi:
Noun | Related Translations | Other Translations |
dégel | detente; dooi; dooiweer | ontdooien; smelten; wegdooien |