Dutch
Detailed Translations for doorwerken from Dutch to French
doorwerken:
-
doorwerken
poursuivre; continuer à travailler-
poursuivre verbe (poursuis, poursuit, poursuivons, poursuivez, poursuivent, poursuivais, poursuivait, poursuivions, poursuiviez, poursuivaient, poursuivis, poursuivit, poursuivîmes, poursuivîtes, poursuivirent, poursuivrai, poursuivras, poursuivra, poursuivrons, poursuivrez, poursuivront)
-
continuer à travailler verbe
-
Conjugations for doorwerken:
o.t.t.
- werk door
- werkt door
- werkt door
- werken door
- werken door
- werken door
o.v.t.
- werkte door
- werkte door
- werkte door
- werkten door
- werkten door
- werkten door
v.t.t.
- heb doorgewerkt
- hebt doorgewerkt
- heeft doorgewerkt
- hebben doorgewerkt
- hebben doorgewerkt
- hebben doorgewerkt
v.v.t.
- had doorgewerkt
- had doorgewerkt
- had doorgewerkt
- hadden doorgewerkt
- hadden doorgewerkt
- hadden doorgewerkt
o.t.t.t.
- zal doorwerken
- zult doorwerken
- zal doorwerken
- zullen doorwerken
- zullen doorwerken
- zullen doorwerken
o.v.t.t.
- zou doorwerken
- zou doorwerken
- zou doorwerken
- zouden doorwerken
- zouden doorwerken
- zouden doorwerken
en verder
- is doorgewerkt
- zijn doorgewerkt
diversen
- werk door!
- werkt door!
- doorgewerkt
- doorwerkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for doorwerken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
continuer à travailler | doorwerken | |
poursuivre | doorwerken | achternagaan; achternalopen; avanceren; azen; bedoelen; beogen; berechten; continueren; daarnaast doen; doorgaan; doorlopen; doorrijden; een stapje verder gaan; komen na; nalopen; navolgen; prolongeren; prooizoeken; ten doel hebben; verder doen; verder lopen; verdergaan; vervolgen; volgen; voortgaan; voortzetten |