Summary
Dutch to French: more detail...
- gebruiker:
-
Wiktionary:
- gebruiker → utilisateur, consommateur
- gebruiker → utilisateur, consommateur, utilisatrice
Dutch
Detailed Translations for gebruiker from Dutch to French
gebruiker:
-
de gebruiker (consument; verbruiker)
le consommateur -
de gebruiker (consument van drugs)
-
de gebruiker (drugsverslaafde; junk)
-
de gebruiker
Translation Matrix for gebruiker:
Noun | Related Translations | Other Translations |
camé | drugsverslaafde; gebruiker; junk | druggebruiker; drugsverslaafde die spuit; spuiter |
consommateur | consument; gebruiker; verbruiker | afnemer; cafébezoeker; caféganger; cliënt; consument; klant; koper |
consommateur de drogues | drugsverslaafde; gebruiker; junk | |
drogué | consument van drugs; drugsverslaafde; gebruiker; junk | cocaïneverslaafde; druggebruiker; drugverslaafde; verslaafde |
junkie | drugsverslaafde; gebruiker; junk | |
toxicomane | drugsverslaafde; gebruiker; junk | druggebruiker; drugverslaafde; verslaafde |
utilisateur | gebruiker | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
drogué | verslaafd |
Related Words for "gebruiker":
Wiktionary Translations for gebruiker:
gebruiker
Cross Translation:
noun
gebruiker
-
iemand die iets gebruikt
- gebruiker → utilisateur
-
iemand die zich geregistreerd heeft en met enige regelmaat bijdragen levert aan één van de wikiprojecten
- gebruiker → utilisateur
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gebruiker | → utilisateur | ↔ Benutzer — Person, die etwas verwendet, gebraucht |
• gebruiker | → consommateur; utilisateur | ↔ user — one who uses something, a consumer |
• gebruiker | → utilisateur; utilisatrice | ↔ user — person who uses a computer |