Summary
Dutch to French: more detail...
- gekookt:
- koken:
-
Wiktionary:
- gekookt → cuit
- koken → bouillir, cuisiner, cuire
- koken → porter à l'ébullition, bouillir, faire, cuisiner, cuire, bouillonner, faire la cuisine
Dutch
Detailed Translations for gekookt from Dutch to French
gekookt:
Translation Matrix for gekookt:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
cuit | gekookt | af; beëindigd; doorgekookt; gaar; gedaan; gereed; klaar; volbracht |
préparé | gekookt | af; afgedaan; afgelopen; bedacht; bereid; beëindigd; gedaan; gepleegd; gereed; gewapend; geëindigd; klaar; over; paraat; uit; volbracht; voltooid; voorbereid; voorbewerkt; voorbij |
prêt | gekookt | af; afgedaan; afgelopen; beëindigd; doorgekookt; gaar; gedaan; genegen; gepleegd; gereed; geëindigd; klaar; lening; over; paraat; rap; snel; startklaar; uit; vlot; vlug; volbracht; voltooid; voorbij |
gekookt form of koken:
-
koken (de maaltijd bereiden)
-
koken (boven 100 graden zijn)
-
koken (kokerij)
-
koken (zieden)
-
koken (eten bereiden; kokkerellen)
cuisiner; faire bouillir; faire la cuisine; cuire; préparer un repas; faire cuire-
cuisiner verbe (cuisine, cuisines, cuisinons, cuisinez, cuisinent, cuisinais, cuisinait, cuisinions, cuisiniez, cuisinaient, cuisinai, cuisinas, cuisina, cuisinâmes, cuisinâtes, cuisinèrent, cuisinerai, cuisineras, cuisinera, cuisinerons, cuisinerez, cuisineront)
-
faire bouillir verbe
-
faire la cuisine verbe
-
cuire verbe (cuis, cuit, cuisons, cuisez, cuisent, cuirais, cuisait, cuisions, cuisiez, cuisaient, cuisis, cuisit, cuisîmes, cuisîtes, cuisirent, cuirai, cuiras, cuira, cuirons, cuirez, cuiront)
-
préparer un repas verbe
-
faire cuire verbe
-
Conjugations for koken:
o.t.t.
- kook
- kookt
- kookt
- koken
- koken
- koken
o.v.t.
- kookte
- kookte
- kookte
- kookten
- kookten
- kookten
v.t.t.
- heb gekookt
- hebt gekookt
- heeft gekookt
- hebben gekookt
- hebben gekookt
- hebben gekookt
v.v.t.
- had gekookt
- had gekookt
- had gekookt
- hadden gekookt
- hadden gekookt
- hadden gekookt
o.t.t.t.
- zal koken
- zult koken
- zal koken
- zullen koken
- zullen koken
- zullen koken
o.v.t.t.
- zou koken
- zou koken
- zou koken
- zouden koken
- zouden koken
- zouden koken
en verder
- is gekookt
diversen
- kook!
- kookt!
- gekookt
- kokend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for koken:
Noun | Related Translations | Other Translations |
cuisine | de maaltijd bereiden; koken; kokerij | keuken; kokerij; kookplaats; kooksel |
fait d'être en ébullition | boven 100 graden zijn; koken | |
l'acte de faire la cuisine | koken; kokerij | |
préparation | de maaltijd bereiden; koken | aanmaken; bereiden; bereiding; bereidingswijze; preparaat; toebereiden; toebereiding; voorbereiden; voorbereiding; voorbewerking; voorwerk |
ébulition | koken; zieden | |
ébullition | boven 100 graden zijn; koken | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
cuire | eten bereiden; koken; kokkerellen | koken van woede; stoven; zieden |
cuisiner | eten bereiden; koken; kokkerellen | |
faire bouillir | eten bereiden; koken; kokkerellen | uitkoken |
faire cuire | eten bereiden; koken; kokkerellen | bakken; barbecuen; braden; grillen; grilleren; roosteren |
faire la cuisine | eten bereiden; koken; kokkerellen | |
préparer un repas | eten bereiden; koken; kokkerellen |
Related Words for "koken":
Related Definitions for "koken":
Wiktionary Translations for koken:
koken
Cross Translation:
verb
koken
verb
-
Être dans l’état d’ébullition. Se dit proprement des liquides, lorsque la chaleur ou la fermentation y produit un mouvement et qu’il se forme des bulles à la surface.
-
préparer les aliments par le moyen du feu, de la chaleur, pour les rendre propres à être manger. devenir propre à être mangé ou propre à tel ou tel usage par le moyen du feu, de la chaleur.
-
Préparer à manger
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• koken | → porter à l'ébullition; bouillir | ↔ boil — heat (a liquid) until it begins to turn into a gas |
• koken | → faire | ↔ boil — cook in boiling water |
• koken | → bouillir | ↔ boil — begin to turn into a gas |
• koken | → cuisiner | ↔ cook — prepare (food) for eating |
• koken | → cuire | ↔ cook — become ready for eating |
• koken | → cuisiner | ↔ cook — prepare food |
• koken | → bouillonner | ↔ seethe — to boil vigorously |
• koken | → faire la cuisine; cuire | ↔ kochen — Lebensmittel unter Einwirkung von Hitze zu einer Mahlzeit zubereiten |
External Machine Translations: