Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. portiek:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for portiek from Dutch to French

portiek:

portiek [de ~ (v)] nom

  1. de portiek
    le porche; le carré; le portail; le portique; la véranda; le palier; l'entrée; l'hall

Translation Matrix for portiek:

NounRelated TranslationsOther Translations
carré portiek carré; kwadraat; raam; ruit; venster; vensterruit
entrée portiek aankomst; binnengaan; binnenkomst; deur; dorpel; drempel; entree; entreehal; hal; import; ingang; inkomst; inlaat; inrit; instappen; intocht; intrede; invaart; invoer; komst; narthex; ontvangstruimte; oprijlaan; oprit; receptiekamer; ridderzaal; salon; toegang; tussenkamer; vermelding; voorgerecht; voorhal
hall portiek entreehal; hal; ontvangstruimte; receptiekamer; ridderzaal; salon; tussenkamer; voorhof; voorhuis
palier portiek bordes; hal; overloop; portaal; verbindingsgang
porche portiek kerkportaal; portalen
portail portiek centrale ingang; hoofddeur; hoofdingang; narthex; voorhal
portique portiek portalen; zuilengalerij; zuilengang
véranda portiek serre; tuinkamer; veranda
ModifierRelated TranslationsOther Translations
carré geruit; kwadraat; onomstotelijk; onweerlegbaar; vierhoekig; vierkantig

Related Words for "portiek":


Wiktionary Translations for portiek:


Cross Translation:
FromToVia
portiek portique portico — small space with a roof supported by columns, serving as the entrance to a building