Dutch
Detailed Translations for puntigheid from Dutch to French
puntigheid:
-
de puntigheid (puntig zijn; scherpte; spitsheid; scherpheid)
la pertinence; la pointe aiguë; le tranchant; la concision; l'esprit d'à-propos; la promptitude à la riposte
Translation Matrix for puntigheid:
Related Words for "puntigheid":
puntig:
-
puntig (spits; scherp)
-
puntig (spitsvormig; spits; toegespitst; spitsig)
-
puntig (scherp gepunt)
Translation Matrix for puntig:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
acéré | puntig; scherp; spits; spitsig; spitsvormig; toegespitst | messcherp; scherp |
aigu | puntig; scherp; spits; spitsig; spitsvormig; toegespitst | acuut; beklemmend; doordringend; fel; grievend; hanig; hard; heftig; hevig; hoog; indringend; intens; knellend; krenkend; kwetsend; messcherp; nijpend; pinnig; schel; schel klinkend; scherp; scherpklinkend; schril; smartelijk; snerpend; snibbig; vinnig; vlijmend |
dentelé | puntig; scherp gepunt | gekarteld; getand; gezaagd; kartelig; tanden hebbend; tandvormig; zaagvormig |
denté | puntig; scherp gepunt | gekarteld; getand; gezaagd; tanden hebbend |
en flèche | puntig; scherp; spits | |
en pointe | puntig; scherp; spits | |
pointu | puntig; scherp; spits; spitsig; spitsvormig; toegespitst | fel; getopt; hanig; hard; hoog; met toppen; pinnig; schel; scherp; schril; snavelvormig; snerpend; snibbig; tuitvormig; vinnig; vlijmend; vlijmscherp |