Summary
Dutch
Detailed Translations for ratel from Dutch to French
ratel:
Translation Matrix for ratel:
Noun | Related Translations | Other Translations |
crécelle | ratel | |
hochet | ratel | kinderspeeltje; klepper; rammelaar |
Related Words for "ratel":
ratelen:
-
ratelen (kwebbelen; kletsen; babbelen)
claqueter-
claqueter verbe (claquette, claquettes, claquetons, claquetez, claquettent, claquetais, claquetait, claquetions, claquetiez, claquetaient, claquetai, claquetas, claqueta, claquetâmes, claquetâtes, claquetèrent, claquetterai, claquetteras, claquettera, claquetterons, claquetterez, claquetteront)
-
Conjugations for ratelen:
o.t.t.
- ratel
- ratelt
- ratelt
- ratelen
- ratelen
- ratelen
o.v.t.
- ratelde
- ratelde
- ratelde
- ratelden
- ratelden
- ratelden
v.t.t.
- heb gerateld
- hebt gerateld
- heeft gerateld
- hebben gerateld
- hebben gerateld
- hebben gerateld
v.v.t.
- had gerateld
- had gerateld
- had gerateld
- hadden gerateld
- hadden gerateld
- hadden gerateld
o.t.t.t.
- zal ratelen
- zult ratelen
- zal ratelen
- zullen ratelen
- zullen ratelen
- zullen ratelen
o.v.t.t.
- zou ratelen
- zou ratelen
- zou ratelen
- zouden ratelen
- zouden ratelen
- zouden ratelen
en verder
- is gerateld
- zijn gerateld
diversen
- ratel!
- ratelt!
- gerateld
- ratelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for ratelen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
claqueter | babbelen; kletsen; kwebbelen; ratelen |