Dutch
Detailed Translations for utiliseren from Dutch to French
utiliseren:
-
utiliseren (gebruik maken van; gebruiken; aanwenden; benutten)
utiliser; faire usage de; user; employer; user de; se servir de-
utiliser verbe (utilise, utilises, utilisons, utilisez, utilisent, utilisais, utilisait, utilisions, utilisiez, utilisaient, utilisai, utilisas, utilisa, utilisâmes, utilisâtes, utilisèrent, utiliserai, utiliseras, utilisera, utiliserons, utiliserez, utiliseront)
-
faire usage de verbe
-
user verbe (use, uses, usons, usez, usent, usais, usait, usions, usiez, usaient, usai, usas, usa, usâmes, usâtes, usèrent, userai, useras, usera, userons, userez, useront)
-
employer verbe (emploie, emploies, employons, employez, emploient, employais, employait, employions, employiez, employaient, employai, employas, employa, employâmes, employâtes, employèrent, emploierai, emploieras, emploiera, emploierons, emploierez, emploieront)
-
user de verbe
-
se servir de verbe
-
Conjugations for utiliseren:
o.t.t.
- utiliseer
- utiliseert
- utiliseert
- utiliseren
- utiliseren
- utiliseren
o.v.t.
- utiliseerde
- utiliseerde
- utiliseerde
- utiliseerden
- utiliseerden
- utiliseerden
v.t.t.
- heb geutiliseerd
- hebt geutiliseerd
- heeft geutiliseerd
- hebben geutiliseerd
- hebben geutiliseerd
- hebben geutiliseerd
v.v.t.
- had geutiliseerd
- had geutiliseerd
- had geutiliseerd
- hadden geutiliseerd
- hadden geutiliseerd
- hadden geutiliseerd
o.t.t.t.
- zal utiliseren
- zult utiliseren
- zal utiliseren
- zullen utiliseren
- zullen utiliseren
- zullen utiliseren
o.v.t.t.
- zou utiliseren
- zou utiliseren
- zou utiliseren
- zouden utiliseren
- zouden utiliseren
- zouden utiliseren
en verder
- ben geutiliseerd
- bent geutiliseerd
- is geutiliseerd
- zijn geutiliseerd
- zijn geutiliseerd
- zijn geutiliseerd
diversen
- utiliseer!
- utiliseert!
- geutiliseerd
- utiliserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze