Dutch
Detailed Translations for van spaties voorzien from Dutch to French
van spaties voorzien:
van spaties voorzien verbe (voorzie van spaties, voorziet van spaties, voorzag van spaties, voorzagen van spaties, van spaties voorzien)
-
van spaties voorzien (spatiëren; spatieren)
espacer; munir d'espaces-
espacer verbe (espace, espaces, espaçons, espacez, espacent, espaçais, espaçait, espacions, espaciez, espaçaient, espaçai, espaças, espaça, espaçâmes, espaçâtes, espacèrent, espacerai, espaceras, espacera, espacerons, espacerez, espaceront)
-
munir d'espaces verbe
-
Conjugations for van spaties voorzien:
o.t.t.
- voorzie van spaties
- voorziet van spaties
- voorziet van spaties
- voorzien van spaties
- voorzien van spaties
- voorzien van spaties
o.v.t.
- voorzag van spaties
- voorzag van spaties
- voorzag van spaties
- voorzagen van spaties
- voorzagen van spaties
- voorzagen van spaties
v.t.t.
- heb van spaties voorzien
- hebt van spaties voorzien
- heeft van spaties voorzien
- hebben van spaties voorzien
- hebben van spaties voorzien
- hebben van spaties voorzien
v.v.t.
- had van spaties voorzien
- had van spaties voorzien
- had van spaties voorzien
- hadden van spaties voorzien
- hadden van spaties voorzien
- hadden van spaties voorzien
o.t.t.t.
- zal van spaties voorzien
- zult van spaties voorzien
- zal van spaties voorzien
- zullen van spaties voorzien
- zullen van spaties voorzien
- zullen van spaties voorzien
o.v.t.t.
- zou van spaties voorzien
- zou van spaties voorzien
- zou van spaties voorzien
- zouden van spaties voorzien
- zouden van spaties voorzien
- zouden van spaties voorzien
en verder
- ben van spaties voorzien
- bent van spaties voorzien
- is van spaties voorzien
- zijn van spaties voorzien
- zijn van spaties voorzien
- zijn van spaties voorzien
diversen
- voorzie van spaties!
- voorziet van spaties!
- van spaties voorzien
- van spaties voorziend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for van spaties voorzien:
Verb | Related Translations | Other Translations |
espacer | spatieren; spatiëren; van spaties voorzien | |
munir d'espaces | spatieren; spatiëren; van spaties voorzien |