Dutch

Detailed Translations for verschoning from Dutch to French

verschoning:

verschoning [de ~ (v)] nom

  1. de verschoning (verontschuldiging; excuus; reden; pardon)
  2. de verschoning (vergiffenis; genade; vergeving; pardon)
    le pardon; la rémission; la grâce; l'absolution
  3. de verschoning (het verschonen)
    l'échange; le changement; la conversion; la substitution
  4. de verschoning (schone luier)
  5. de verschoning

Translation Matrix for verschoning:

NounRelated TranslationsOther Translations
absolution genade; pardon; vergeving; vergiffenis; verschoning absolutie; amnestie; begenadiging; genade; gratie; kwijtschelding; pardon; vrijlating
change de linge schone luier; verschoning
changement het verschonen; verschoning afwisseling; amendement; amendering; conversie; gedaanteverandering; gedaanteverwisseling; herstelling; hervorming; herziening; keer; kentering; keuze; metamorfose; modificatie; mutatie; muteren; ombuiging; omkeer; ommekeer; ommezwaai; omruil; omruiling; omschakeling; omslag; omwisselen; omwisseling; omzetting; overgang; overplaatsing; overstappen; ruil; ruiling; ruiltransactie; substitutie; surrogaat; transformatie; uitwisseling; variatie; variëteit; veranderen; verandering; verlegging; verruiling; vervanging; verwisseling; vormverandering; wending; wijzigen; wijziging; wisseling
conversion het verschonen; verschoning bekering; conversie; herleiding; herstelling; hervorming; ombouw; omkeer; omrekening; omruil; omruiling; omschakeling; omwisselen; omwisseling; omzetting; ruil; ruiling; ruiltransactie; simplificatie; substitutie; surrogaat; transformatie; uitwisseling; veranderen; verandering; vereenvoudiging; verlegging; verruiling; vervanging; verwisseling; wending; wijzigen; wijziging
fait de s'excuser excuus; pardon; reden; verontschuldiging; verschoning
fait de se justifier excuus; pardon; reden; verontschuldiging; verschoning
grâce genade; pardon; vergeving; vergiffenis; verschoning barmhartigheid; begenadiging; bekoorlijkheid; bevalligheid; dienst; elegantie; genade; gezegende toestand; goedertierenheid; goedgunstigheid; gratie; gunst; heil; kwijtschelding; lieflijkheid; lieftalligheid; mededogen; pardon; voorspoed; welwillendheid; wijding; zegen; zegenen; zegening
pardon genade; pardon; vergeving; vergiffenis; verschoning absolutie; amnestie; barmhartigheid; begenadiging; genade; gratie; kwijtschelding; mededogen; pardon; sorry; vrijlating
récusation verschoning
rémission genade; pardon; vergeving; vergiffenis; verschoning
substitution het verschonen; verschoning herstelling; omruil; omwisselen; omwisseling; plaatsvervanging; remplaçant; substitutie; surrogaat; verruiling; vervangend middel; vervanging; verwisseling
échange het verschonen; verschoning commercie; conversie; goederenhandel; handel; herstelling; hervorming; inruil; markt; omkeer; omruil; omruiling; omschakeling; omwisselen; omwisseling; omzetting; ruil; ruilen; ruilhandel; ruiling; ruiltransactie; ruilverkeer; substitutie; surrogaat; transformatie; uitwisseling; veranderen; verandering; verruiling; vervanging; verwisseling; wending; wijzigen; wijziging; wisseling
ModifierRelated TranslationsOther Translations
pardon pardon; sorry

Related Words for "verschoning":

  • verschoningen