Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. verschrompelen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for verschrompelen from Dutch to French

verschrompelen:

verschrompelen verbe (verschrompel, verschrompelt, verschrompelde, verschrompelden, verschrompeld)

  1. verschrompelen (samentrekken; slinken; indrogen; schrompelen)

Conjugations for verschrompelen:

o.t.t.
  1. verschrompel
  2. verschrompelt
  3. verschrompelt
  4. verschrompelen
  5. verschrompelen
  6. verschrompelen
o.v.t.
  1. verschrompelde
  2. verschrompelde
  3. verschrompelde
  4. verschrompelden
  5. verschrompelden
  6. verschrompelden
v.t.t.
  1. ben verschrompeld
  2. bent verschrompeld
  3. is verschrompeld
  4. zijn verschrompeld
  5. zijn verschrompeld
  6. zijn verschrompeld
v.v.t.
  1. was verschrompeld
  2. was verschrompeld
  3. was verschrompeld
  4. waren verschrompeld
  5. waren verschrompeld
  6. waren verschrompeld
o.t.t.t.
  1. zal verschrompelen
  2. zult verschrompelen
  3. zal verschrompelen
  4. zullen verschrompelen
  5. zullen verschrompelen
  6. zullen verschrompelen
o.v.t.t.
  1. zou verschrompelen
  2. zou verschrompelen
  3. zou verschrompelen
  4. zouden verschrompelen
  5. zouden verschrompelen
  6. zouden verschrompelen
diversen
  1. verschrompel!
  2. verschrompelt!
  3. verschrompeld
  4. verschrompelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verschrompelen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
se rabrougir indrogen; samentrekken; schrompelen; slinken; verschrompelen
se racornir indrogen; samentrekken; schrompelen; slinken; verschrompelen
se ratatiner indrogen; samentrekken; schrompelen; slinken; verschrompelen ineenkrimpen; ineenschrompelen; schrompelen
se recroqueviller indrogen; samentrekken; schrompelen; slinken; verschrompelen
se rétrécir en séchant indrogen; samentrekken; schrompelen; slinken; verschrompelen

Wiktionary Translations for verschrompelen:

verschrompelen
verb
  1. door uitdroging rimpelig en klein worden
verschrompelen
  1. -
verb
  1. Rétracter, plisser

Cross Translation:
FromToVia
verschrompelen se nanifier; rapetisser dwarf — to become (much) smaller
verschrompelen → s'émacier; s'amaigrir emaciate — (intransitive) become extremely thin or wasted
verschrompelen flétrir; faner wither — (intransitive) shrivel, droop, dry up