Dutch

Detailed Translations for zinderend from Dutch to French

zinderend:


Translation Matrix for zinderend:

NounRelated TranslationsOther Translations
émotif gevoelsmens
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
brûlant heet
ModifierRelated TranslationsOther Translations
bouleversant adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aangrijpend; emotioneel; hartbrekend; hartroerend; hartveroverend; hartverscheurend; ontroerend; roerend; wereldschokkend
brûlant adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend benauwd; bloedheet; brandend; branderig; broeierig; fel; fonkelend; geil; gepassioneerd; gloeiend; hartstochtelijk; heet; heetbloedig; hevig; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden; smoorheet; stormachtig; temperamentvol; vlammend; vurig; warm; warmbloedig; zwoel
d'une façon émouvante adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aangrijpend; emotioneel; hartroerend; hartveroverend; ontroerend; roerend
d'une manière émotive adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aangrijpend; emotioneel; gevoelig; hartroerend; hartveroverend; ontroerend; roerend
poignant adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aangrijpend; emotioneel; hartbrekend; hartroerend; hartveroverend; hartverscheurend; melodramatisch; ontroerend; pathetisch; roerend; smartelijk; verdrietig makend
prenant adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aangrijpend; emotioneel; hartroerend; hartveroverend; ontroerend; roerend
qui attire l'attention adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend
retentissant adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend galmend; schallend; weerklinkend
saisissant adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aangrijpend; boeiend; emotioneel; hartbrekend; hartroerend; hartveroverend; hartverscheurend; kenschetsend; ontroerend; pakkend; roerend; tekenend; typerend
sensationnel adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aandachttrekkend; fantastisch; formidabel; geweldig; prachtig
sensationnelle adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aandachttrekkend
spectaculaire adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aandachttrekkend; groots; imponerend; imposant; indrukwekkend; ontzagwekkend; spectaculair
émotif adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aangedaan; aangegrepen; aangeslagen; aangrijpend; emotioneel; geraakt; geroerd; getroffen; gevoelig; geëmotioneerd; hartroerend; hartveroverend; kapot van; ontroerd; ontroerend; roerend
émotionnel adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aangedaan; aangegrepen; aangeslagen; aangrijpend; emotioneel; geraakt; geroerd; getroffen; gevoelig; geëmotioneerd; hartroerend; hartveroverend; kapot van; ontroerend; roerend
émouvant adembenemend; boeiend; meeslepend; opwindend; pakkend; sensationeel; spannend; zinderend aandoenlijk; aandoenlijke; aangrijpend; emotioneel; hartbrekend; hartroerend; hartveroverend; hartverscheurend; melodramatisch; ontroerend; pathetisch; roerend

zinderen:

zinderen verbe (zinder, zindert, zinderde, zinderden, gezinderd)

  1. zinderen

Conjugations for zinderen:

o.t.t.
  1. zinder
  2. zindert
  3. zindert
  4. zinderen
  5. zinderen
  6. zinderen
o.v.t.
  1. zinderde
  2. zinderde
  3. zinderde
  4. zinderden
  5. zinderden
  6. zinderden
v.t.t.
  1. heb gezinderd
  2. hebt gezinderd
  3. heeft gezinderd
  4. hebben gezinderd
  5. hebben gezinderd
  6. hebben gezinderd
v.v.t.
  1. had gezinderd
  2. had gezinderd
  3. had gezinderd
  4. hadden gezinderd
  5. hadden gezinderd
  6. hadden gezinderd
o.t.t.t.
  1. zal zinderen
  2. zult zinderen
  3. zal zinderen
  4. zullen zinderen
  5. zullen zinderen
  6. zullen zinderen
o.v.t.t.
  1. zou zinderen
  2. zou zinderen
  3. zou zinderen
  4. zouden zinderen
  5. zouden zinderen
  6. zouden zinderen
diversen
  1. zinder!
  2. zindert!
  3. gezinderd
  4. zinderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for zinderen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
être brûlant zinderen