Dutch
Detailed Synonyms for binnenlaten in Dutch
binnenlaten:
-
binnenlaten
Conjugations for binnenlaten:
o.t.t.
- laat binnen
- laat binnen
- laat binnen
- laten binnen
- laten binnen
- laten binnen
o.v.t.
- liet binnen
- liet binnen
- liet binnen
- lieten binnen
- lieten binnen
- lieten binnen
v.t.t.
- heb binnengelaten
- hebt binnengelaten
- heeft binnengelaten
- hebben binnengelaten
- hebben binnengelaten
- hebben binnengelaten
v.v.t.
- had binnengelaten
- had binnengelaten
- had binnengelaten
- hadden binnengelaten
- hadden binnengelaten
- hadden binnengelaten
o.t.t.t.
- zal binnenlaten
- zult binnenlaten
- zal binnenlaten
- zullen binnenlaten
- zullen binnenlaten
- zullen binnenlaten
o.v.t.t.
- zou binnenlaten
- zou binnenlaten
- zou binnenlaten
- zouden binnenlaten
- zouden binnenlaten
- zouden binnenlaten
en verder
- ben binnengelaten
- bent binnengelaten
- is binnengelaten
- zijn binnengelaten
- zijn binnengelaten
- zijn binnengelaten
diversen
- laat binnen!
- laatt binnen!
- binnengelaten
- binnenlatend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze