Dutch
Detailed Synonyms for inlaat in Dutch
inlaat:
inlaat form of inlaten:
-
inlaten
Conjugations for inlaten:
o.t.t.
- laat in
- laat in
- laat in
- laten in
- laten in
- laten in
o.v.t.
- liet in
- liet in
- liet in
- lieten in
- lieten in
- lieten in
v.t.t.
- heb ingelaten
- hebt ingelaten
- heeft ingelaten
- hebben ingelaten
- hebben ingelaten
- hebben ingelaten
v.v.t.
- had ingelaten
- had ingelaten
- had ingelaten
- hadden ingelaten
- hadden ingelaten
- hadden ingelaten
o.t.t.t.
- zal inlaten
- zult inlaten
- zal inlaten
- zullen inlaten
- zullen inlaten
- zullen inlaten
o.v.t.t.
- zou inlaten
- zou inlaten
- zou inlaten
- zouden inlaten
- zouden inlaten
- zouden inlaten
diversen
- laat in!
- laat in!
- ingelaten
- inlatend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze