Summary
Dutch
Detailed Synonyms for poot in Dutch
poot:
-
de poot
-
de poot
-
de poot
-
de poot
-
de poot
– been van een dier 1 -
de poot
– deel van stoel of tafel 1 -
de poot
– hand, voet of been 1
Related Words for "poot":
Related Definitions for "poot":
poot form of poten:
-
poten
-
poten
-
poten
– ze in de grond zetten 1
Conjugations for poten:
o.t.t.
- poot
- poot
- poot
- poten
- poten
- poten
o.v.t.
- pootte
- pootte
- pootte
- pootten
- pootten
- pootten
v.t.t.
- heb gepoot
- hebt gepoot
- heeft gepoot
- hebben gepoot
- hebben gepoot
- hebben gepoot
v.v.t.
- had gepoot
- had gepoot
- had gepoot
- hadden gepoot
- hadden gepoot
- hadden gepoot
o.t.t.t.
- zal poten
- zult poten
- zal poten
- zullen poten
- zullen poten
- zullen poten
o.v.t.t.
- zou poten
- zou poten
- zou poten
- zouden poten
- zouden poten
- zouden poten
en verder
- is gepoot
- zijn gepoot
diversen
- poot!
- poott!
- gepoot
- potend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het poten