Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. vrees koesteren:


Dutch

Detailed Synonyms for vrees koesteren in Dutch

vrees koesteren:

vrees koesteren verbe

  1. vrees koesteren
    vrezen; bang zijn; vrees koesteren
    • vrezen verbe (vrees, vreest, vreesde, vreesden, gevreesd)
    • bang zijn verbe (ben bang, bent bang, was bang, waren bang, bang geweest)

Related Synonyms for vrees koesteren