Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. aan de zwier gaan:


Dutch

Detailed Translations for aan de zwier gaan from Dutch to Swedish

aan de zwier gaan:

aan de zwier gaan verbe (ga aan de zwier, gaat aan de zwier, ging aan de zwier, gingen aam de zwier, aan de zwier gegaan)

  1. aan de zwier gaan (boemelen)
    ut och festa
    • ut och festa verbe (ut och festar, ut och festade, ut och festat)

Conjugations for aan de zwier gaan:

o.t.t.
  1. ga aan de zwier
  2. gaat aan de zwier
  3. gaat aan de zwier
  4. gaan aan de zwier
  5. gaan aan de zwier
  6. gaan aan de zwier
o.v.t.
  1. ging aan de zwier
  2. ging aan de zwier
  3. ging aan de zwier
  4. gingen aan de zwier
  5. gingen aam de zwier
  6. gingen aan de zwier
v.t.t.
  1. ben aan de zwier gegaan
  2. bent aan de zwier gegaan
  3. is aan de zwier gegaan
  4. zijn aan de zwier gegaan
  5. zijn aan de zwier gegaan
  6. zijn aan de zwier gegaan
v.v.t.
  1. was aan de zwier gegaan
  2. was aan de zwier gegaan
  3. was aan de zwier gegaan
  4. waren aan de zwier gegaan
  5. waren aan de zwier gegaan
  6. waren aan de zwier gegaan
o.t.t.t.
  1. zal aan de zwier gaan
  2. zult aan de zwier gaan
  3. zal aan de zwier gaan
  4. zullen aan de zwier gaan
  5. zullen aan de zwier gaan
  6. zullen aan de zwier gaan
o.v.t.t.
  1. zou aan de zwier gaan
  2. zou aan de zwier gaan
  3. zou aan de zwier gaan
  4. zouden aan de zwier gaan
  5. zouden aan de zwier gaan
  6. zouden aan de zwier gaan
diversen
  1. ga aan de zwier!
  2. gaat aan de zwier!
  3. aan de zwier gegaan
  4. aan de zwier gaande
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aan de zwier gaan:

VerbRelated TranslationsOther Translations
ut och festa aan de zwier gaan; boemelen

Related Translations for aan de zwier gaan