Verb | Related Translations | Other Translations |
avslita
|
afslijpen; erafslijpen
|
|
krossa
|
afslijpen; erafslijpen
|
'n aframmeling geven; aan stukken breken; aframmelen; afrossen; bedwingen; beteugelen; breken; fijn drukken; fijndrukken; fijnmaken; in bedwang houden; in de prak rijden; in elkaar rammen; in elkaar timmeren; kapotdrukken; onderdrukken; platdrukken; platmaken; pletten; smashen; stukbreken; terughouden; verbrijzelen; vergruizen; vermorzelen; verpletteren; vijzelen
|
plugga
|
afslijpen; erafslijpen
|
aanpoten; flink aanpakken; hard werken; vossen
|
slita
|
afslijpen; erafslijpen
|
aanpoten; ergens uitscheuren; flink aanpakken; hard werken; inscheuren; rafels loslaten; scheuren; uitrafelen
|