Dutch
Detailed Translations for griepen from Dutch to Swedish
griepen:
Translation Matrix for griepen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
gnata | etteren; griepen; klieren; zeiken | bedillen; betuttelen; klagen; vitten; zeuren |
tjata | etteren; griepen; klieren; zeiken | aandringen; betuttelen; doordrammen; doordrukken; drammen; jennen; pesten; plagen; sarren; stangen; tarten; tergen; treiteren; uitdagen; zeuren; zieken |
vara jobbig | etteren; griepen; klieren; zeiken |